En nu oprecht regeren

De kaarten zijn geschud, de stembusgang heeft de teneur die heeft geheerst het jaar voor de verkiezingen bevestigd. De VHP die een heel moeilijk bestuurbare regering overnam, alleen al als gekeken wordt naar de staat van de staatsfinanciën en de ‘resilience’ van de economie, heeft noodgedwongen impopulaire maatregelen genomen onder advisering van externe structuren die geen rekening houden met verkiezingen en regeermacht. De VHP is de maatregelen trouw gebleven ondanks protesten en geklaag en het sociale programma zwaar verwaarloosd. 

Alles is gekomen op het conto van de regering en er waren minder krachten in de partij met empathie voor het volk dan zonder. Het zwaar verwaarloosde sociale programma waarvoor er IMF-geld was uitgetrokken en onbesteed bleef, heeft de VHP de dag omgedaan, dus politieke en bestuurlijke arrogantie. De partij heeft zich niet geprofileerd als een partij voor het volk, maar eerder als een partij voor de hoogste afdeling van de middenklasse, de ondernemers, de kapitalisten en de rijken. De VHP-regering werd gezien als het koningshuis tijdens de Franse revolutie. Het resultaat is niet verassend, wel dat de VHP toch zo groot uit de verkiezingen is gekomen. Dat heeft te maken met de vrees voor de NDP wat betreft de economie. 

Wat de VHP wel heeft nagelaten is om de basis van de economie te versterken. Deze regering heeft op het gebied van ondernemerschap de structurele obstakels van de ease of doing business, wat niet meer als zodanig een benchmark is voor internationale instituten, niet weggeruimd. Wel is een programma SURGE uitgevoerd waar bedrijven in aanmerking zijn gekomen voor investeringskapitaal. 

Een uiterst zwak punt van de huidige vertrekkende regering, is hun communicatiedienst. CDS is even sterk of zwak als NII, maar voor het overige had de NDP-regering een heel sterke programmamaker in dienst die zich verstaanbaar kon maken naar de ongeschoolde  massa met een abominabele algemene ontwikkeling. Daartoe bediende hij zich van hun taal: de hedendaagse Sranantongo. Zo een vertaling van het mooie werk en het context plaatsen van de negatieve effecten van het regeerprogramma en de aanvallen van de oppositie was niemand in staat te maken. Een aantal ministers maakte ook ongekende haatopmerkingen naar het volk toe, want ook het denken van enkele VHP-politici blootlegde. Het was er niet een gekenmerkt door liefde voor het volk, eerder haat naar bepaalde kiezers. 

In elk geval zijn de resultaten toch duidelijk. Nu gaat het om pragmatisch formeren en dat is ook al geschied met de VHP in de oppositie en de rest in de regeercoalitie. ABOP en de PL zijn gewoon bereid met alles en iedereen samen te werken. Opvallend is dat ministeries min of meer bekend zijn, maar slechts 1 minister bij BEP. 

De NDP heeft een bepaalde economische situatie overgedragen aan de huidige regering met als rode draad: buitenlandse schulden. De schuldherschikkingen en aflossingen hebben niet veel gewicht in de weegschaal gelegd. Wat de VHP erfde aan schulden, draagt zij het nu keurig over aan de NDP. Nu krijgt ze de zelf door haar gemaakte schulden, op haar eigen bord om het keurig op te lossen. Nu dus even kijken of ze het kan oplossen. 

We zitten nu in een fase dat ministeries worden geformeerd. De bedoeling is om te besparen maar de facto bespaar je alleen op de minister en zijn onkosten. Er komt een nieuwe minister van Olie en Gas naar het schijnt. Het ministerie van Arbeid heeft een groot aantal wetten onder zijn beheer, misschien het meest van alle ministeries en ze raken direct het welzijn van de werkende mensen en hun gezinnen. Dit ministerie heeft wel bestaansrecht en de vrees is bij kenners dat wanneer ze samengevoegd wordt met ministeries met veel meer problemen op hun bord, er geen aandacht meer zal zijn voor ‘labour issues’. 

In Suriname moet wel een Public Sector Reform plaatsvinden, niet per se om ambtenaren de straat op te sturen. Alle diensten die de overheid biedt vanuit de ministeries moet gelist worden. Daarna moet worden nagegaan of de overheid deze diensten wil of mag uitvoeren en of er diensten moeten worden bijgevoegd of weggeschrapt. Dat heet een herdefiniëring van de staatstaken. Van daaruit moet dan gekeken worden naar de formatieaantallen: hoeveel mensen zijn per afdeling nodig. Daaruit ontstaan de cijfers die de tekorten en de overtolloge ambtenaren aangeven en de ambtenaren die er zijn maar qua competenties niet meer (zullen) voldoen. Die moeten dan bijgeschoold worden. 

Met de overschotten moet bij Wet Hervorming Overheidsapparaat, een herschikking worden getroffen, met vrijwillige uitdiensttredingen, (gedwongen) herplaatsingen binnen de overheid, herplaatsingen bij bedrijven (gepaard gaande met loonsubsidie gedurende enige tijd), behoud van dienstjaren etc. en uitslag uit de staatsdienst voor de schuinsmarcheerders.  Dat is pas een maatregel die een verschil zal maken en niet het splitsen van ministeries met behoud van ambtenaren.

error: Kopiëren mag niet!