Surinaamse politiek analist voorziet instabiliteit en herhaling van geschiedenis
Met haastig werk en een voorlopig akkoord lijkt de zogenaamde “coalitie van zes” op papier een meerderheid in De Nationale Assemblée (DNA) te hebben veiliggesteld: 34 zetels. Maar volgens politiek analist Radjen G. is deze formatie allesbehalve een garantie voor politieke stabiliteit.
Cijfers spreken boekdelen
De grootste partij in het verbond is de Nationale Democratische Partij (NDP), die 18 van de 34 zetels levert — dat is 52,9% van het geheel. De overige zetels worden verdeeld onder vijf kleinere partijen:
Nationale Partij Suriname (NPS) – 6 zetels (17,6%)
Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelingspartij (ABOP) – 6 zetels (17,6%)
Pertjajah Luhur (PL) – 2 zetels (5,9%)
Alternatief 2020 (A20) – 1 zetel (2,9%)
Broederschap en Eenheid in de Politiek (BEP) – 1 zetel (2,9%)
“Een wankel geheel”, stelt Radjen G.
“De NDP is dominant, de rest fragiel. Dit is een cocktail van belangen, ego’s en een geschiedenis van wantrouwen. Vooral als je bedenkt dat de NDP erom bekend staat geen betrouwbare coalitiepartner te zijn.”
ABOP als politieke schaakzet
Opmerkelijk is de late toetreding van de ABOP, volgens insiders pas op het laatste moment binnengehaald. “Ze hadden ABOP niet nodig voor de gewone meerderheid in DNA, maar voor de verkiezing van de president en vicepresident hebben ze de 2/3 meerderheid nodig. Zonder ABOP moesten ze naar de Verenigde Volksvergadering (VVV), waar het veel minder voorspelbaar is.”
Die VVV telt ruim 600+ gekozen leden en vertegenwoordigers uit districten, en daar kunnen stemmen plotseling verschuiven — zoals in 1996 gebeurde.
Wat gebeurde in 1996?
In dat jaar verloor het Nieuw Front de grip in de VVV. Ondanks een meerderheid in DNA, wist Jules Wijdenbosch, gesteund door de NDP en een aantal overgelopen leden, de presidentsverkiezingen te winnen. “Het was een politieke aardverschuiving”, zegt Radjen G.
“Het toont aan dat rekenwerk in de DNA niet alles zegt. In de VVV spelen geld, macht en loyaliteit een andere rol.”
Interne frictie en chantage
Radjen G. waarschuwt ook voor interne instabiliteit. “Met vijf kleine partijen ontstaat er ruimte voor onderlinge chantage. Iedere partij weet dat haar stem goud waard is. Verwacht veel politiek handjeklap, dreigementen met opstappen, en een instabiel beleidsklimaat.”
De schaduw van de NDP
Hoewel Desi Bouterse is overleden , blijft zijn “geest” voelbaar binnen de NDP. “Het etiket ‘nieuw leiderschap’ is niet meer dan windowdressing. De oude garde zit nog steeds aan de touwtjes. Personen als Jennifer Geerlings-Simons, Ramon Abrahams en André Misiekaba zijn politiek niet verdwenen.”
Eerdere experimenten met brede coalities
De situatie is niet uniek. In 2015 werd ook een brede coalitie gesmeed: de V7, bestaande uit het Nieuw Front (NPS, VHP, PL) met toevoeging van nieuwe partners. Het grote verschil was het leiderschap, stelt Radjen G. “In V7 was de politieke ervaring en samenwerking groter.
Leiders als Ramdien Sardjoe (VHP), Ronald Venetiaan (NPS), en Fred Derby (SPA) kenden elkaars spel. Er was meer respect, meer discipline en minder opportunisme.”
Vooruitblik
De grote vraag is of deze ‘coalitie van zes’ langer standhoudt dan het politieke optimisme van dit moment.
“Als men echt wil samenwerken, moet men over ego’s heen stappen en zich binden aan een gezamenlijk regeerakkoord dat verder gaat dan macht alleen”. aldus Radjen G. “Zonder dat zie ik herhaling van fouten uit het verleden — en misschien zelfs erger.”