Twee achttiende-eeuwse scheepswrakken voor de kust van Costa Rica blijken twee Deense slavenschepen te zijn. Eerder werd gedacht dat het piratenschepen waren.
Het gaat volgens het Deens Nationaal Museum om de slavenschepen Fridericus Quartus (zie foto) en Christianus Quintus, die volgens historische bronnen in 1710 voor de kust van Midden-Amerika vergingen. Het schi[ verging in de branding nadat de ankerlijn was doorgesneden. Volgens het Deense museum is de ontdekking dat het om slavenschepen gaat “niet alleen van groot belang voor de lokale bevolking, maar ook voor de geschiedenis van Denemarken”.
“Toen Amerikaanse maritieme archeologen in 2015 gele bakstenen in een van de wrakken vonden, rezen er nieuwe vragen over de geschiedenis van de schepen”, zegt maritiem archeoloog Andreas Kallmeyer Bloch tegen Ekstra Bladet.
Volgens het museum hadden de schepen samen zo’n 840 in slavernij gebrachte mensen aan boord en waren ze op weg naar eilanden in de Caraïben. Maar vanwege een navigatiefout kwamen de schepen zo’n 2.000 kilometer verderop bij Costa Rica terecht. Hierdoor waren de drank- en voedselvoorraden opgeraakt.
Vanwege de slechte toestand aan boord van de schepen kwamen de slaafgemaakten in opstand. In totaal zouden 137 van hen zijn omgekomen. De twee groepen zijn vervolgens in het huidige Costa Rica aan wal gezet, zegt een expert tegen Jyllands Posten.