Guyana, de bezetters van het Surinaamse grondgebied Tigri, vreest nu dat hun land, het Essequibo-gebied, door Venezuela zal worden ingenomen.
Dit gebied, dat meer dan twee derde van Guyana beslaat, wordt al jaren betwist door Venezuela, dat aanspraak maakt op het grondgebied en de bijbehorende exclusieve economische zone (EEZ).
President Dr. Irfaan Ali van Guyana heeft echter benadrukt dat zijn regering vastberaden is om de soevereiniteit en territoriale integriteit van het land te verdedigen. Hij verklaarde dat “elke centimeter van Guyana’s land en EEZ in handen moet blijven van de Guyanese bevolking”. Ali prees de inzet van de strijdkrachten, die recentelijk nog werden aangevallen door vermoedelijke Venezolaanse militairen nabij de grens.
Afgelopen maandag opende een zwaar bewapende groep vermoedelijke sindicato-agenten van het Venezolaanse grondgebied het vuur op een GDF-schip (Guyana Defence Force), waarbij zes soldaten gewond raakten – allemaal met schotwonden. Gelukkig vielen er geen doden, maar een aantal van de gewonde soldaten moest worden geëvacueerd naar Georgetown voor medische behandeling.
De spanningen zijn hoog opgelopen sinds de ontdekking van enorme olievoorraden in het Essequibo-gebied. Guyana heeft het geschil voorgelegd aan het Internationaal Gerechtshof (ICJ) in Den Haag, in de hoop op een definitieve uitspraak over de grensbepaling uit 1899. Ondertussen blijft Venezuela zijn claims herhalen, wat de regio in een staat van onzekerheid houdt.
Terwijl Guyana zich voorbereidt op een mogelijke juridische overwinning, blijft de vraag hoe de regering zal omgaan met de bezetting van het Surinaamse Tigri-gebied, een kwestie die president Ali tot nu toe onbesproken heeft gelaten.

