Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur heeft de afgelopen jaren verschillende initiatieven ondernomen om de onderwijsachterstanden te verminderen, die vooral zijn ontstaan door de Covid-19-pandemie.
Professor Randjiet Jagroep, onderwijsdeskundige. gaf duidelijk aan in het informatieve programma van het ministerie, hoe groot de uitdaging is en welke stappen er worden ondernomen om deze achterstanden aan te pakken.
Onderwijsachterstanden ontstaan volgens Jagroep wanneer leerlingen niet de voorgeschreven hoeveelheid lesmateriaal kunnen verwerken. Bijvoorbeeld, als het uuitgezet onderwijsplan zegt dat in groep 7, 100 lessen behandeld moeten worden, maar de leerlingen slechts 80 lessen hebben geleerd, dan spreken we van een onderwijsachterstand. De Covid-19-pandemie heeft deze situatie verergerd, omdat veel lessen werden onderbroken of volledig stopgezet, wat leidde tot een aanzienlijk achterstand in het leerproces van veel leerlingen.
De sluiting van scholen tijdens de pandemie veroorzaakte een ongelijkheid tussen leerlingen. Terwijl sommige leerlingen zich voortzetten met hun leerstof, lieten anderen het achterwege, wat leidde tot grote variaties in het beheersen van het lesmateriaal. Hierdoor moesten leraren omgaan met klassen waarin sommige leerlingen het materiaal hadden verwerkt en anderen niet. Dit vergrootte de uitdaging voor leraren om gelijke kansen te bieden aan alle leerlingen.
Om de onderwijsachterstanden aan te pakken, heeft het ministerie verschillende nieuwe programma’s geïntroduceerd, waaronder de inzet van ‘extra aandachtsscholen’ en ‘herstelcursussen’. Deze programma’s zijn ontworpen om de leerlingen die achterstanden hebben opgelopen, extra ondersteuning te bieden.
In sommige gevallen krijgen leerlingen extra lessen op zaterdag, afhankelijk van de vakken waarin ze ondersteuning nodig hebben, zoals wiskunde of taal.
In de buitengebieden, waar logistieke problemen zoals transport per boot spelen, worden deze programma’s aangepast, bijvoorbeeld door langere schooldagen in plaats van weekendonderwijs.
Naast de inspanningen van het ministerie, is volgens Jagroep ook de samenwerking met ouders en leraren van cruciaal belang. Ouders worden aangemoedigd om ervoor te zorgen dat hun kinderen op tijd naar school gaan en hun huiswerk serieus nemen. Het ministerie benadrukt echter dat ouders niet de taak hebben om les te geven, maar wel moeten zorgen voor een ondersteunende thuisomgeving, zodat hun kinderen kunnen deelnemen aan de extra lessen.