De moord op de voormalige Libische leider Muammar Gaddafi in 2011 blijft een bron van discussie en speculatie. Hoewel officieel beweerd werd dat zijn val het gevolg was van opstanden tijdens de Arabische Lente, suggereren alternatieve theorieën dat economische en geopolitieke belangen een grotere rol speelden. Een van de belangrijkste redenen zou zijn poging zijn geweest om de Afrikaanse dinar in te voeren en de petrodollar af te schaffen, wat de dollar-heerschappij van de VS zou ondermijnen.
Tijdens Gaddafi’s bewind genoot Libië een uniek sociaal systeem. Elektriciteit was gratis, leningen hadden 0% rente, en onderwijs en gezondheidszorg waren toegankelijk voor iedereen. Pasgetrouwde stellen ontvingen financiële steun, boeren kregen gratis zaden en vee, en de staat betaalde zelfs buitenlandse medische behandelingen. Met olie als ruggengraat van de economie had Libië geen buitenlandse schulden en beschikte over $150 miljard aan reserves.
Geruchten wijzen erop dat gelekte e-mails van Hillary Clinton de ware motieven van de NAVO-interventie onthulden: het stoppen van Gaddafi’s visie voor een verenigd Afrika. Zijn laatste woorden – “Wat heb ik je aangedaan?” – blijven een symbool van de menselijke tragedie achter de politieke machtsstrijd.