In de gewijzigde Wet Hazardspelen worden de zogeheten bettingskantoren van de drie opererende loterijproviders, nu gamecenters genoemd. In de gewijzigde wet Hazardspelen wordt nu het onderscheid gemaakt tussen verkooppunten en gamecenters. Assembleeleden die tijdens de behandeling van de wijziging van de Wet Hazardspelen, de Loterijwet en de Wet Toezicht en Controle Kansspelen zich felle tegenstanders hebben getoond van de vele bettingskantoren in haast elk woonwijk over het hele land, zien deze wetswijziging als legalisering van wat zij noemen “verderfelijk” fenomeen in de samenleving. De aanwezigheid van gamecenters, zoals de bettingskantoren nu bij wet worden genoemd zorgt voor ernstige negatieve sociale gevolgen. Zij wijzen op zaken zoals gokverslaving, gezinsontwrichting en zelfs suïcidegevallen. In plaats dat het gokken ontmoedigd wordt, wordt het nu juist aangemoedigd. De drie vergunninghouders voor het bedrijfsmatig exploiteren van loterijen en andere gokspelen hebben nu gezamenlijk 900 operationele filialen over het hele land
In de oude versie van het wetswijzigingsvoorstel stond opgenomen dat dit aantal afgebouwd zal worden naar maximaal 30 per vergunninghouder, met een maximum van 2 per ressort. Concreet werd aangegeven dat per eind dit jaar het aantal van 900 met 30 procent moet zijn teruggebracht. Per eind 2024 zou de afbouw verder moeten plaatsvinden naar 50 procent en per eind 2025 moet het aantal uiteindelijk naar maximaal 30 per vergunninghouder moeten zijn teruggebracht.
Afbouwtraject
Tot groot ongenoegen van de assembleeleden heeft de regering dit afbouwtraject gewijzigd. Werd in de oude versie concrete data genoemd van het afbouwtraject, wordt nu gesproken over “periodes” van het afbouwtraject. Nu is besloten dat in het eerste jaar nadat de online casinovergunning door de providers is verkregen, het aantal van 900 filialen met 30 procent moet zijn teruggebracht. In het tweede jaar moet dat verder naar 50 procent worden afgebouwd. Wat het uiteindelijke aantal in het derde jaar moet zijn, wordt nu in de wet niet genoemd. In de wet staat nu dat na evaluatie dit bij staatsbesluit (door de president) geregeld gaat worden. Assembleeleden vinden dat dit niet in de haak, en zijn van oordeel dat het uiteindelijk aantal bij wet geregeld moet worden. In het oude wetsvoorstel stond ook opgenomen dat de filialen, nu gamecenters genoemd zich niet in de nabije omgeving van scholen, sportcentra en gebedshuizen gevestigd mogen zijn, en wel binnen een straal van 500 meter. Nu is in de wet besloten om scholen, sportcentra en gebedshuizen te schrappen. Daarvoor in de plaats worden nu genoemd sportaccommodaties, vestigingen van jongeren, buurtcentra en internaten. Bovendien wordt nu gesproken over straalafstand van 300 meter.