Een opmerkelijke wending

We hebben kortgeleden gezien dat president Chandrikapersad Santokhi bilaterale gesprekken in Egypte heeft gevoerd met de Venezolaanse president Nicolas Maduro.

Hierover gaat Romario, die diplomatieke ervaring heeft opgedaan op nationaal en internationaal niveau, in gesprek met Dagblad Suriname.

Waarom is deze ontmoeting zo opmerkelijk?

“Hij was faliekant tegen Maduro, dit vanwege het feit dat hij vond dat Maduro op illegale manier de verkiezingen heeft gewonnen van Juan Guaidó. Santokhi, die nu onze president is, was toen in de oppositie (VHP). Hij heeft toen zelfs Guaidó geaccepteerd als de president van Venezuela”, zegt Romario.

In januari 2019, eiste Juan Guaidó, de toenmalige voorzitter van de Nationale Assemblee, het presidentschap voor zichzelf op nadat de Maduro-regering een grof gemanipuleerde presidentsverkiezing had gehouden.

De Verenigde Staten leidde de aanval, waarbij het ministerie van Buitenlandse Zaken Guaidó snel officieel erkende als interim-president.

In totaal erkenden uiteindelijk 60 landen de claim van Guaidó, waaronder de meeste rijke democratieën en bijna heel Latijns-Amerika.

Ook de VHP, toen in de oppositie, erkende Guaido als president. Hiermee heeft ze ook de internationale sancties tegen Venezuela en Maduro erkend.

Het was de regering onder leiding van Desi Bouterse die niet meeging met de acties geleid door Guaido. Ze bleef Maduro erkennen en ook bracht hij een bezoek aan ons land en Bouterse bracht een tegenbezoek, aldus Romario.

De snelle omhelzing van Guaidó door de VS paste in een breder patroon van gebrul in de richting van het Maduro-regime.

Meer dan een jaar lang hadden president Donald Trump, vice-president Mike Pence, staatssecretaris Mike Pompeo en nationale veiligheidsadviseur John Bolton een harde diplomatieke houding aangenomen en benadrukten dat “alle opties op tafel liggen” met betrekking tot Venezuela, zelfs militair ingrijpen.

Onder de noemer van ‘maximale druk’ lanceerde de Verenigde Staten sancties, niet alleen tegen regimefiguren, maar ook tegen belangrijke Venezolaanse economische sectoren, waardoor het vermogen van Caracas om olie in het buitenland te verkopen in een poging de toegang van het regime tot de deviezen die het hard nodig had, te beperken.

Sancties hebben de Venezolaanse economie niet vernietigd – het eigen economische beleid van het regime deed dat, met verbluffende efficiëntie, in de twee decennia voordat de sancties werden ingevoerd – maar ze verergerden de economische crisis van het land en maakten een zinvol economisch herstel onmogelijk.

Ook heeft druk van de Verenigende Staten ervoor gezorgd dat Venezuela werd geïsoleerd binnen de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS).

Toch blijft de autocraat van Venezuela, Nicolás Maduro, stevig verankerd in het presidentiële paleis van Miraflores.

Hij heeft geweigerd toe te geven, ondanks een economische en humanitaire crisis die groter is dan ooit op het continent, bestraffende oliesancties en het feit dat 58 landen zijn rivaal Juan Guaidó erkennen als de legitimate president van Venezuela.

In feite is Maduro nu het op één na langst dienende staatshoofd in heel Latijns-Amerika (na de Nicaraguaanse president Daniel Ortega, die ook de Verenigde Staten tevergeefs heeft geprobeerd uit de macht te verdrijven).

Maduro kan Washington terecht de schuld geven van zijn bijdrage aan de economische crisis van het land, daarbij wijzend op de agressieve sancties die de regering van de Amerikaanse president Donald Trump aan Venezuela heeft opgelegd.

Naarmate de economie van Venezuela informeler wordt en criminele elementen haar gaan domineren, wordt de greep van het regime op de macht sterker. In het Amazonegebied van het land hebben gewapende bendes met stilzwijgende medewerking van de veiligheidstroepen van het land toezicht gehouden op een explosie van illegale mijnbouwactiviteiten. Maduro beveiligt bondgenoten in het leger door de controle over dergelijke wetteloze koninkrijkjes te verdelen.

Migrerende werknemers sturen nu ongeveer $ 4 miljard naar huis aan geldovermakingen, waardoor de economie wordt ondersteund. Dit jaar zal Venezuela voor het eerst sinds de jaren twintig meer dollars ontvangen uit geldovermakingen dan uit netto olie-export. 

Wat zien we nu?

“De president gaat nu op zijn beurt zelf gesprekken aan met dezelfde Maduro die hij toen heeft verweten van illegaal op de stoel terecht komen om zo president te kunnen worden”, zegt Romario verder. “Heeft de president keus? Nee, de president is genoodzaakt om te slikken, al wil hij het of niet, hij moet gaan slikken. En dat doet hij mogelijk in landsbelang. Een van de redenen om te slikken is, omdat we vanuit de Petrocaribe deal goedkope olie en kunstmest kunnen kan krijgen.”

De Petrocaribe deal is volgens Romario: ”Een overeenkomst waarbij Venezuela Suriname heeft aangeboden om olie te doen leveren tegen een prijs onder marktwaarde en op een credit faciliterende manier. Dit was ook het geval bij kunstmest leveringen al dan niet via de staat aan derden.”

De regering Bouterse heeft volgens Romario gretig gebruik gemaakt van deze overeenkomst met Venezuela, maar toen de regering Santokhi aan de macht kwam is deze overeenkomst niet gecontinueerd, omdat Maduro niet wordt erkend door de Europese Unie en voornamelijk ook niet door de Verenigde Naties. De landen hebben volgens Romario een internationale boycot gepleegd.

Gevolgen internationale boycot

“Landen die gezind zijn aan de Europese Unie en de Verenigde Naties mochten geen zaken met Venezuela doen vanwege de internationale sancties. Suriname is wel gezind aan de Verenigde Staten en de Europese Unie, dus ook wij zouden in principe niets met Venezuela mogen doen, dus ook geen afname van goederen en diensten vanuit Venezuela”, zegt Romario.

 “Wat we nu zien is dat de president handjes schudt met Maduro, want we hebben olie nodig en hebben dus geen keus. De president weet ook dat hij niets gaat kunnen doen zolang de Verenigde Staten de sancties niet opheft of Suriname een uitzondering toekent. Diverse lidlanden van Caricom hebben dit soort voordeel afspraken gehad van Venezuela, maar ze zitten in de knoei, omdat ze nu een keuze moeten maken tussen een bondgenootschap of Venezuela.”

“Wat we ook zien en dat opmerkelijk is, los van het feit dat de Venezolaanse economie dicht is geklapt door de inflatie, ze hebben ook een hoge een armoede ratio en sterke vluchtelingenstroom. Dit terwijl Venezuela behoort tot een van de grootste olievoorraden top drie, ziet men toch kans dat het volk in grootste armoede leeft. 

Onze president is dus gaan praten met een president die doet aan mensenrechtenschendingen, niet wordt erkend als een president, die de inflatie super hoog in het land blijft houden, economie kapot maakt, maar dit doet onze president in ‘s lands belang. Want ook zoveel keus hebben we als land niet”, zegt Romario.

“Het is nu kijken hoe de Verenigde Staten zal opkijken naar president Santokhi gezien zijn gewijzigde houding naar Venezuela en ook Cuba. De Verenigde Staten doet haar stille druk via de financiële instellingen zoals de IMF, World Bank, IDB en anderen. Onlangs deed de Amerikaanse president Joe Biden de uitspraak, dat Latijns Amerika niet de “back yard ” is, maar de USA front yard. Dit is overigens een belediging aan alle deze landen.”

De Europese unie die nu zelfs onder grote druk is door de oorlog in Oekraïne zal minder aandacht aan hebben.

“Venezuela heeft het Essequibo gebied opgeëist toen ze in een conflict was met Guyana. Suriname heeft in Caricom verband gezegd, dat dit Guyanees grondgebied is. Het is voor nu nog onbekend of onze president Santokhi over het betwiste Tigri gebied steun heeft gevraagd van Venezuela. In goede tijden neem je ferme besluiten in een bepaald geval en in slechte tijden moet je met dezelfde mensen aan tafel zitten ook al is het dan met de duivel”, zegt Romario afsluitend.

GW

error: Kopiëren mag niet!