Deals moeten impact hebben op monetaire situatie

Door allerlei affaires en het bezoek van de Nederlandse premier is een aantal zaken op het financiële front onbesproken gebleven. Daaraan heeft ook bijgedragen het ontslag dat door de minister van Financiën en Planning is ingediend en nog niet is geaccepteerd. Overigens moet wel vermeld worden, dat er binnen een korte tijdspanne onder 2 regeringen al 2 ministers van Financiën zelf hun ontslag hebben ingediend, zonder dat er echt kritiek op hun was en om hun ontslag werd gevraagd. De voorlaatste keer was dat de econoom Wonnie Boedhoe in 2011. 

We hebben eerder onze kanttekeningen geplaatst bij de mededelingen die door de regering zijn gedaan met betrekking tot vorderingen die bij de Club van Parijs zouden zijn geboekt over de herschikking van de schuld die Suriname heeft. Het ging dan over het effect dat een deal met de Club van Parijs zou hebben op het totaal. De vraag rijst ook hoe Suriname, als 1 van de 2 carbon negatieve landen in de wereld een industriële vervuilende inhaalslag moet maken om zijn schulden te kunnen aflossen, terwijl men gebukt gaat onder een voorthollende en ‘unstoppable’ inflation.

Nu blijkt dat ook IMF-recepten niet werken. We hadden begrepen dat er garanties waren dat het loslaten van de koers aan de wetten van vraag en aanbod, niet zou laten aan ontwaarding van de Surinaamse munt (stijging van de koers voor de USD). Dat is nu wel gebeurd en zouden nu recordhoogtes zijn bereikt. Het verbieden van het behandelen van de USD als een handelswaar, middels de omstreden valutawet, is door de politieke partijen in de huidige regering afgewezen. Nu zijn de rollen omgekeerd en schijnt de vicepresident tegenstander te zijn van het zien van de USD als een handelswaar. Dus al zou er een schaarste zijn, bezitters zouden de prijs daarvan niet moeten opschroeven. De beschuldigende vinger wordt gewezen richting de cambio’s en ook wij hebben vaker hier gewezen op de ontstaansgeschiedenis van de cambio’s onder het bewind van president Venetiaan. We hebben hier beweerd dat de inborst van de cambio niet is veranderd, ook niet nadat de regering Venetiaan het probeerde te reguleren. Ook onder zijn regering waren er negatieve adviezen vanuit het IMF om te interveniëren op de valutamarkt, maar is deze maatregel toch genomen. De regering leert zijn lessen niet en worden schaarstes veroorzaakt door slapte bij de hoeder van de waarde van de Surinaamse munt namelijk de Centrale Bank van Suriname. Telkens wanneer de regering en de formele kanalen (regering, staatsbanken en Centrale Bank) niet in staat zullen zijn om dollars aan te bieden, zullen de cambio’s en naar het schijnt ook de commerciële banken hun dollars voor een hogere prijs aan de man brengen. Er is een voorstel gedaan om de rol van de cambio te reguleren en te verbieden dat de cambio zware transacties doet die gericht zijn op bijvoorbeeld de exporten. De cambio’s moeten dan alleen bedoeld zijn om te wisselen voor de toeristen en de burgers die hun kleine bedragen komen wisselen in SRD. In het buitenland zijn de cambio’s daarvoor bestemd.

De schuldeisers van de Club van Parijs kwamen op 22 juni 2022 met de Republiek Suriname overeen om haar buitenlandse staatsschuld te herstructureren. Deze overeenkomst volgt op de financiering garanties die op 2 september 2021 door de schuldeisers van de Club van Parijs zijn verstrekt. Dit was ter ondersteuning van de goedkeuring door het IMF van een uitgebreide financieringsfaciliteit voor Suriname van december 2021.

Crediteuren van de Club van Parijs zullen achterstallige betalingen en alle vervallen vervallen tijdens de IMF-programmaperiode herschikken. De herschikking wordt uitgevoerd onder de volgende voorwaarden:

ODA-claims die betrekking hebben op ‘officiële ontwikkelingsondersteuning’ (ODA) moeten worden terugbetaald over 20 jaar (inclusief 7 jaar respijt). Niet-ODA-claims moeten worden terugbetaald over 15 jaar (inclusief 8 jaar respijt). Op grond van deze overeenkomst worden alle bestaande achterstanden per eind 2021 in twee termijnen afgelost in 2022 en 2024.

Als de IMF-beoordeling van de macro-economische situatie in 2024 overeenkomt met de projecties, zal het terugbetalingsschema 17 jaar zijn (inclusief een aflossingsvrije periode van 4 jaar) voor ODA-vorderingen en 12 jaar (inclusief een aflossingsvrije periode van 5 jaar). Voor niet ODA claims is dit vanaf 1 december 2024.

De Club van Parijs werd opgericht in 1956. Het is een informele groep van officiële schuldeisers die tot taak heeft oplossingen te vinden voor de betalingsmoeilijkheden waarmee kredietnemers worden geconfronteerd. De leden van de Club van Parijs die in deze actief waren, zijn vertegenwoordigers van de regeringen van Italië, Frankrijk, Nederland, Israël en Zweden. Waarnemers bij de bijeenkomst waren

vertegenwoordigers van de regeringen van Australië, België, Canada, Denemarken, Duitsland, Ierland, Japan, de Republiek Korea, de Russische Federatie, Spanje, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika, evenals enkele instituten waaronder IMF. De delegatie van de Republiek Suriname stond onder leiding van de minister van Financiën en Planning. We hopen dat al deze vorderingen uiteindelijk impact zullen hebben op de monetaire situatie in Suriname.

error: Kopiëren mag niet!