Minister Ramdin haalt compensatie voor Surinaams bos aan bij OAS

Albert Ramdin, minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS), heeft maandag de Permanente Raad van de Organisatie van Amerikaanse Staten, OAS, toegesproken. Ramdin zelf is oud assistent secretaris-generaal van deze organisatie geweest in Washington D.C in de Verenigde Staten. 

Carbon negatief

Hij sprak onder andere: “Suriname blijft zich inzetten voor de overeengekomen COP 26-doelen, het behoud van onze bosbedekking van meer dan 90%, blijft CO2-negatief en de uitvoering van onze Nationale Vastgestelde Doelen, zoals ingediend bij de UNFCCC (Klimaatverdrag: United Nations Framework Convention on Climate Change). Om deze realiteit te laten blijven zoals ze is, moeten internationaal specifieke koolstofkredieten, koolstof handel en koolstof financiering worden ingesteld. Suriname is bijvoorbeeld een CO2-negatief land, fungeert als een sinc voor CO2-uitstoot uit andere landen, produceert zuurstof voor iedereen in de wereld. En daar worden we niet eens voor gecompenseerd. We moeten ons ook realiseren, dat de bevolking van Suriname terecht streeft naar voortdurende economische vooruitgang en een hogere levensstandaard. Daarom moet een delicaat evenwicht worden gevonden tussen behoud en bescherming van het milieu en sociaal-economische ontwikkeling.”

Transitie 

Minister Ramdin zei ook: “Nieuw gevonden olie- en gasbronnen in Suriname en Guyana, mogelijk ook in Frans-Guyana, Grenada en Barbados, zullen nieuwe wegen bieden voor duurzame economische ontwikkeling en welvaartscreatie. Deze inkomsten zullen de basis vormen voor de transitie van onze economie van een primair koolstof gebaseerd productiesysteem naar een groene economie in 2060. Sterker nog, het transitieproces is in Suriname al begonnen met het uitfaseren van de koolstof gebaseerde energieopwekking. Ondertussen zet Suriname zich in voor een milieuvriendelijke commerciële exploitatie van zijn natuurlijke hulpbronnen, in overeenstemming met internationale normen.”

Minister Ramdin besloot met de woorden: “We zijn allemaal verbonden door geschiedenis, politieke allianties en een gemeenschappelijk doel, we moeten de OAS versterken als een leidende instelling op het westelijk halfrond om dit proces te vergemakkelijken en te sturen. Uiteindelijk zijn het de landen en hun politiek leiderschap die de toekomst van ons allemaal bepalen.”

error: Kopiëren mag niet!