Britse premier Johnson stapt op voor iets waarvoor in Suriname niet eens sorry gezegd wordt

Na aanhoudende druk van zijn partij en een leegloop van zijn kabinet stapt de Britse premier Boris Johnson donderdag alsnog op. Het is gebruikelijk in goed ontwikkelde democratieën, dat politici optappen indien hun naam valt bij schandalen en of er sprake is van ernstig falen en fouten. Daarentegen worden blunders van dergelijke aard in Suriname en andere jonge democratieën als snel onder de vloermat geveegd. 

Druk 

Johnson stapte onder druk op als partijleider van de Conservatieven, wat betekent dat hij ook het veld moet ruimen als premier. Hoewel Johnson eerder een vertrouwensstemming binnen zijn partij overleefde over ‘partygate’, waarbij in zijn ambtswoning feestjes werden georganiseerd ondanks de Corona-regels, was een volgend schandaal voor velen de druppel.

Directe aanleiding voor de druk op Johnson was, dat hij moest toegeven dat hij in februari een partijlid, Chris Pincher, had benoemd, terwijl hij wist dat er een beschuldiging van seksueel wangedrag tegen hem was geuit. Aanvankelijk ontkende Johnson nog dat hij op de hoogte was van het wangedrag, maar later moest hij toch erkennen dat hij ervan wist. De kwestie bleek de druppel die de emmer deed overlopen. Een opeenstapeling van schandalen, zoals ook bijvoorbeeld ‘partygate’, had Johnson politiek al ernstig verwond. Na het nieuwste schandaal was de kabinetscrisis compleet: een belangrijk deel van Johnsons kabinet trad terug en riep openlijk op tot zijn vertrek.

Ernstige blunders binnen Surinaamse regering

De lijst van blunders binnen de huidige regering Santokhi-Brunswijk is niet kort. Vooralsnog zijn echter alleen twee ministers van zowel de ABOP en VHP vervangen, maar eerder voor politieke redenen.

De lijst van blunders en missers wordt aangevoerd door de ministers van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS), Albert Ramdin, en diens collega minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning. Het meest spraakmakende is geweest de kwestie rond Surfin en New Surfin. Het schandaal met HPSG, die miljarden zou investeren om energie en brandstof met stikstof te produceren. Een andere grote blunder dat nog vers in het geheugen ligt is de Jeruzalem blunder van minister Ramdin, waar hij op eigen houtje toezeggingen heeft gedaan in Israël voor een ambassade in het betwiste Jeruzalem. Dit tegen internationaal recht en zonder toestemming van de Surinaamse regering en of parlement.

Ook in Suriname is door de regeringsleden gefeest tijdens de Covid-19 pandemie. President Chandrikapersad Santokhi vierde met honderden gasten zijn verjaardag in de tuin van het Presidentieel Paleis.

Vicepresident Ronnie Brunswijk is verwikkeld geweest in een aantal blunders, waaronder groffe taal jegens journalisten, en ongepaste taal jegens instituten. De Sabaku Village kwestie waarbij ABOP-toppers betrokken zijn is eveneens niet uitgespeeld. 

error: Kopiëren mag niet!