George van Dun, Basja van Langatabiki, zegt dat al dagen het Pamaaka gebied onder water is. Mensen zijn daardoor genoodzaakt weg te trekken. Het gaat niet goed, “A ne go” zegt de Basja. Hij geeft aan, dat het belangrijk is dat wanneer iemand om hulp roept, dat wordt gekeken waarom de persoon om hulp roept. Het zou goed zijn als men vanaf Pamaaka tot Tapanahony en de Lawa kijkt wat de noden zijn. Want in de Lawa zijn er ook Surinaamse dorpen.
“Wat heb ik eraan als ik schreeuw om hulp en niemand komt naar je toe?” Hieraan voegt hij toe, dat de vicepresident twee keer is langs geweest.
Van Dun merkt op, dat het van groot belang is dat er hulp op gang komt. “We hebben hulp nodig.” Voor Langatabiki (zie foto) wijst de Basja erop, dat de medische voorzieningen beperkt zijn. ‘De datra oso’ is nagenoeg leeg, laat de Basja weten. “Je vindt er alleen calpol, geen medicijnen en wc-papier.” De Basja haalt ook aan dat er geen school mogelijk zal zijn.
Momenteel is het vakantie. “Hiervoor waren de scholen al gesloten. Het onder water lopen van de gebieden heeft de situatie verergerd.” Van Dun hoopt dat er ook op dit gebied verbetering zal volgen. “De meeste ouders plaatsen hun kinderen in Frans-Guyana op school. Vroeger had je hier in Langatabiki veel kinderen die in Suriname de school bezochten, nu is dat aantal niet meer dan 50 kinderen”, besluit Van Dun.
RB
