Ramadan begint

Vandaag begint wereldwijd op alle continenten in de wereld de heilige maand Ramadan voor de moslims. In Suriname is 20% van de bevolking moslim. In groten getale komen de moslims voor onder de bevolking met hindoestaanse en javaanse komaf en in mindere mate ook onder creolen en marrons en andere groepen. Door de Surinaamse regering is bekend gemaakt dat waar de dienst het toelaat en de mensen vasten, ambtenaren vanaf 13.00 uur het werk kunnen verlaten. Als de dienst het toelaat betekent dat de ambtenaren dat steeds met hun leidinggevenden moeten afstemmen. Deze vrijstelling van dienst gedurende de maand Ramadan is een van de vele bewijzen van een daadwerkelijke en functionerende multireligieuze samenleving. Het is een erkenning weer eens naar de verschillende religieuze groepen die in het land voorkomen. De multireligieuze samenleving in Suriname bestaat niet alleen op papier, maar het is echt. Landen die pretenderen ook moderne samenlevingen te zijn waar vrijheid van religie heerst, moeten ook durven de maatregelen de treffen die gelden in Suriname. We denken bijvoorbeeld dan aan Nederland, waar ook behoorlijke groepen moslims voorkomen. De Nederlandse regering geeft erkenning aan andere religiën buiten het christelijke. Er is geen gebaar in Nederland naar de moslims die de hele dag zullen vasten. Soms zijn de dagen heel lang als de Ramadan valt in de wintermaanden. Uiteraard moeten mensen in Suriname geen misbruik gaan maken van het gebaar van de regering. Dat betekent dat mensen die niet vasten, niet moeten doen alsof ze vasten. Als dat gebeurt en het is aantoonbaar, dan kan vanuit het ministerie een disciplinaire maatregel naar de ambtenaar worden getroffen. Ook dient er rekening mee te worden gehouden dat het mogelijk is dat de dienst het soms niet toelaat dat vastenden eerder vrij zijn van dienst. Het vasten is 1 van de 5 zuilen van de moslim: zaken waarop het geloof van de moslim is gebaseerd. Het is van toepassing op alle moslims, met slechts enkele uitzonderingen onder andere op zieken. Als eerste geldt het belijden en geloven dat er 1 God is en dat Mohamed Zijn laatste boodschapper is. Dan volgen de eerste twee verplichtingen die in een koppel en tegelijk voor de moslims  gelden. Dat zijn de verplichting om 5 keer per dag te bidden en om van het eigen vermogen 2.5% weg te geven aan aalmoezen (zakaat). Dat zijn twee zeer belangrijke verplichtingen die door veel moslims worden verzaakt. Er zijn moslims die ervan uitgaan dat ze aan hun religieuze plichten hebben voldaan als ze zich aan de halal-regels hebben gehouden, maar dat is niet zo. Het bidden 5 keer per dag is om de moslim op het rechte pad te houden en om hem nederig te maken naar de Schepper toe. Het verplicht geven van aalmoezen heeft als doel om de solidariteit in de samenleving naar armen, weduwen en wezen, zieken en andere behoeftigen te verheffen tot een cultuur. Als derde geldt de verplichting voor de moslims om te vasten. De bedoeling van het vasten is om de moslims weerbaar te maken tegen de vele verleidingen die hem van het rechte pad kunnen brengen. Het is een zware training om de zinnen en de verschillende vormen van lusten en verslavingen in toom te houden en te elimineren. Het vasten is het nadrukkelijk letten om wat verboden is achterwege te laten, maar ook om tijdelijk op te geven wat aan de moslims is toegestaan. Het blijkt dat het vasten een heilzame werking heeft op het metabolisme en de stofwisseling van de mens, met name op het spijsverteringsstelsel. Aan de moslims wordt in deze periode sterkte toegewenst en op de werkplekken dient er sympathie te zijn naar vastenden toe. Provocatie door openlijk eetfestijnen op de werkplekken te houden is geen teken van sympathie. De regering heeft voor de landsdienaren voorzieningen getroffen, maar er is vanuit de overheidszijde geen oproep gedaan aan het bedrijfsleven om zoveel als mogelijk ook rekening te houden met de groep vastenden. Het is ook op de private werkplekken mogelijk dat werkgevers rekening houden met degenen die vasten en dat er bepaald voorzieningen worden getroffen die onder andere kunnen inhouden, het gedeeltelijk vrijstellen van dienst. Een andere onder de 5 plichten van de moslims is dat van de bedevaart (de hadj) naar Mekka. Dat is een plicht dat gesteld is op de welgestelde moslims, en tenminste voor 1 keer in het leven. Degene die de hadj heeft verricht wordt in vooral moslimkringen aangesproken met de titel hadji (mannelijk) of hadja (vrouwelijk). Ingewijden beweren dat er moslims zijn die de bedevaart ondernemen om deze status te verkrijgen en niet als een fase in de geestelijke verheffing. Dat blijkt onder andere ook uit verderfelijke opmerkingen en haat die deze personen naar anderen in de samenleving spuien op sociale media. Het komt dus voor dat moslims voor de verleerde redenen naar de bedevaart gaan. In het algemeen rust op de moslim ook de plicht van de jihaad. Dat betekent niet dat men de wapens moet oppakken, maar dat men in het dagelijkse leven moeite maakt en offer brengt om geestelijk te groeien en aan de verplichtingen te voldoen als moslim. Dat is niet eenvoudig en het vereist een strijd voornamelijk met zichzelf. Een vorm van jihad is de fysieke strijd dat voorgeschreven is als het eigen land aangevallen wordt of als er fysieke aanvallen zijn op basis van religie. Aan de vastende moslims wordt een goede Ramadan toegewenst in de periode waar het lijkt dat de samenlevingen open beginnen te gaan onder een zekere reglementering.              

error: Kopiëren mag niet!