Pindaplanter wijst op potentie Suriname

Dennis Parmo verbouwt ondermeer aubergines en pinda op zijn stuk grond in het district Commewijne. De landbouwer is vernieuwend bezig door gebruik te maken van creatieve bemestings- en recycling methoden, die voor toegevoegde waarde zorgen, merkt Reinier Taus, Senior coördinator, van de van de Eastern Caribbean Trading Agriculture Development Organization (ECTAD) op.

De aubergines, bekend in Suriname als boulangers, en pinda’s worden gecombineerd geplant. Voor de biologische stikstoftoevoer.

Als de pindaplanten zijn geoogst dan worden de pinda’s verwerkt voor de markt en gebruikt Parmo de restanten van de pindaplanten ten behoeve van de grond voor de aubergines.

“Een prachtig gesloten systeem met biologische en commerciële waarde zonder verspilling. Hij past dus geen synthetische stoffen toe” merkt Taus op.

Parmo behaalde afgelopen zaterdag de tweede plaats tijdens een evenement waar er gelet werd op duurzaamheid in de landbouw. In totaal namen zeven kandidaten deel aan het door stichting d’ONS georganiseerde evenement.

De landbouwer zegt, dat zijn pinda-aanplant een pilot is geweest. Hij probeert hiermee nutriënten te creëren voor zijn gewassen. “De voedingsstoffen hoef ik dan niet te importeren en dit is dan ook voordelig voor het land omdat je geen deviezen hoeft uit te geven.” De pilot is met 1.5 kilo pinda gelukt en Parmo is van plan om dit initiatief voort te zullen zetten. Hij wijst op een van de verbeterpunten van Suriname, namelijk ‘de continuïteit van goede initiatieven’.

Pinda’s kunnen 10 weken na de inzaai geoogst worden. Bij aubergines duurt dat 8 weken. Momenteel plant de landbouwer op een halve hectare zijn aubergines. Hij kijkt er naar uit om uit te breiden naar 1 hectare. Op dit moment produceert Parmo maandelijks 2.000 kilo aubergines. “Maar, dat is niet genoeg. Voedsel is een wereldprobleem”, merkt hij op. “En er wordt weinig voor de landbouwers gedaan”, deelt hij mee. Door de wateroverlast verloor de landbouwer 1 hectare aan aanplant.

“Van de overheid kreeg ik een vergoeding van SRD 1.500.” Hij zegt dat dit bedrag niet veel voorstelt. Parmo besluit door te stellen, dat er nog veel moet gebeuren op het gebied van landbouw in Suriname.

RB

error: Kopiëren mag niet!