Slachtoffer van seksueel misbruik niet HIV-geïnfecteerd

In een artikel van Starnieuws op 4 mei 2021 lazen wij het pleidooi van de advocaten Irene Lalji en Dwight Kraag om voetbaltrainer Ricardo O. vrij te spreken van de gehele tenlastelegging. De raadsvrouw beriep zich in de zitting op maandag 3 mei onder andere op het visum van een arts als zou de labtest van het slachtoffer hiv-positief zijn. De verdachte Ricardo O. zou volgens de raadsvrouw niet hiv-geïnfecteerd zijn. Zij stelde: “Als zij (het slachtoffer) beweert dat de verdachte de enige is die seks met haar heeft gehad, hoe komt het dan dat zij hiv-positief is en de verdachte juist hiv-negatief?”

De verwijzing naar een hiv-positieve test verbaasde ons ten zeerste. Drie jaar geleden, direct na de aangifte van seksueel misbruik, verwees KPS Jeugdzaken het meisje en haar moeder, naar het ‘s Lands Hospitaal om een hiv-test te doen. Het resultaat, dat naar KPS Jeugdzaken is verstuurd, was negatief: het meisje was dus niet hiv-geïnfecteerd. Het verbaast ons, dat dit resultaat niet is opgenomen in het dossier van het Openbaar Ministerie. Integendeel, volgens hetzelfde bericht stelde advocaat Lalji, dat in het requisitoir van het Openbaar Ministerie is opgenomen dat het meisje hiv-positief is.

Op vrijdag 5 mei j.l., langer dan drie jaar na de aangifte tegen de verdachte, heeft het slachtoffer, onder begeleiding van haar vader en Carla Bakboord, voorzitter van Women’s Rights Centre (WRC), opnieuw een hiv- test gedaan. Wederom wees de test uit dat het slachtoffer hiv-negatief is. Op het formulier staat vermeld: ‘Een negatief test geeft aan dat de cliënt vanaf minder dan 3 maanden geleden, dus voor 7 februari 2021 niet hiv geïnfecteerd was’. Dit bewijs is bij het WRC te verifiëren. 

Er lijken dus twee tegenstrijdige verklaringen te bestaan over de hiv-status van het slachtoffer. Een via ‘s Lands Hospitaal, van de test gedaan vlak na de aangifte die aangeeft dat zij hiv-negatief is. Dit is op 5 mei bevestigd door Stichting Lobi, door opnieuw te testen. En een verklaring, die volgens de advocaten is opgenomen in het requisitoir van het Openbaar Ministerie, die aangeeft dat zij hiv-positief zou zijn.

Dit roept een aantal vragen op waar wij ons als samenleving zeer ernstig over moeten buigen: Hoe kan het dat het eerste visum, op basis van de test vlak na de aangifte, waarin verklaard wordt dat het slachtoffer NIET hiv geïnfecteerd is, niet is opgenomen in het dossier? 

Hoe kunnen twee tegenstrijdige uitslagen van een hiv-test bestaan? Hoe zou het kunnen dat een arts een visum afgeeft dat een persoon hiv geïnfecteerd is terwijl twee tests hebben uitgewezen dat dat niet waar is? En hoe zou dit incorrecte, visum wel kunnen belanden in het dossier, zoals de advocaat aangeeft?

Namens,

Maggie Schmeitz -Stichting Ultimate Purpose

Carla Bakboord -Stichting Women’s Rights Centre 

Sharda Ganga – Stichting Projekta

Henna Guicherit – Culconsult 

en

een veertigtal andere organisaties en personen

error: Kopiëren mag niet!