Suriname dient bosemissierapport in bij UNFCCC

Suriname behoort tot één van de meest beboste landen in de wereld. Echter blijkt dat door de ontwikkeling van het land, onder andere door de mijnbouw, urbanisatie en de bosbouw, de bosbedekking aan het afnemen is. Suriname heeft in 2017 tijdens de klimaattop COP23 bijeenkomst in Duitsland aan de internationale gemeenschap bekendgemaakt dat zij ernaar streeft om 93% bos te behouden. De COP (Conference of Parties) is de jaarlijkse bijeenkomst van 197 UNFCCC-lidlanden, waar er besproken wordt hoe klimaatverandering aangepakt zal worden. Ook is dit streven vermeld in het Surinaamse National Determined Contribution (NDC)-rapport van 2020, welke is ingediend bij de UNFCCC.  Suriname is in juni 2018 toegetreden tot het Parijs-Akkoord. Het doel van het Parijs-Akkoord is om de opwarming van de aarde onder de 2 graden Celsius te houden door de uitstoot van broeikasgassen, zoals CO2, te verminderen. De bossen van Suriname nemen koolstofdioxide (CO2) op en houden het vast. Wanneer de bomen omgehakt worden, zijn zij niet meer in staat de CO2 op te nemen. Het behoud van onze bossen zorgt niet alleen voor opslag van broeikasgassen, maar in het kader van het financieringsmechanisme van het nationale Reducing Emissions of Deforestation and forest Degradation (REDD+) programma, is het ook mogelijk is om geld te verdienen door het behoud van onze bossen.

De Stichting voor Bosbeheer en Bostoezicht (SBB), de technische arm van het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB), heeft in de afgelopen maanden samen met relevante stakeholders de tweede Forest Reference Emission Level (FREL) van Suriname geformuleerd. De FREL is op vrijdag 8 januari 2021 door het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) namens de Surinaamse overheid ingediend bij de United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC).  Hiermee heeft Suriname een belangrijke stap gedaan in het proces van het gereed maken van de condities die kunnen leiden tot het in aanmerking kunnen komen voor internationale financiering. Het is heel belangrijk dat landen de status van hun bossen en de hoeveelheid CO2-uitstoot vaststellen en rapporteren bij de UNFCCC. Met het indienen van de tweede FREL heeft Suriname aan haar rapportageplicht voldaan.  Vermeld dient te worden dat Suriname in 2018 al een eerste FREL-rapport had ingediend bij de UNFCCC, die was bepaald voor de periode 2015-2020. In het tweede FREL-rapport is er analyse gedaan voor de periode 2020-2024, waarbij er nog meer parameters zijn meegenomen in vergelijking met het eerste. De FREL geeft het nationale uitstootniveau van CO2 door bosdegradatie- en ontbossingsactiviteiten weer, met als grootste emissie bronnen de mijnbouw, houtkap en het aanleggen van nieuwe infrastructuur. Het rapport doet ook een voorspelling van de toekomstige emissies op basis van de historische data en de nationale ontwikkelingen en beleidsplannen. 

Bij het samenstellen van het rapport vervulde de SBB de trekkersrol, maar het is belangrijk om te vermelden dat de FREL een nationaal product is waarbij expertise, input en data van relevante nationale instituten zijn meegenomen.  In het formuleringsproces van de FREL is er op 14 december 2020 een online workshop gehouden, waarbij stakeholders vanuit de overheidsorganen, onderzoeksinstituten en andere deskundigen actief hebben geparticipeerd. De werksessie werd formeel geopend door minister Diana Pokie van het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB). Voor de finalisering is de FREL ook gepresenteerd aan de minister van ROM. Binnen het REDD+ process wordt er gestreefd bij alle activiteiten de nationale stakeholders te betrekken in de processen.

De eerste FREL is te vinden op de website van de UNFCCC. Nadat dit tweede FREL-rapport goedgekeurd is door de UNFCCC, zal deze voor het publiek ter beschikking gesteld worden via https://redd.unfccc.int/submissions.html?country=sur.

error: Kopiëren mag niet!