Met het ondertekenen van het memorandum of understanding (MoU) tussen Suriname en Guyana, betreffende infrastructurele projecten, is de formele aanzet gegeven voor de brug over de Corantijnrivier. Er wordt invulling gegeven aan de belofte. Dit geeft de minister van Openbare Werken, Riad Nurmohamed, te kennen aan Dagblad Suriname. Er zijn meerdere ontmoetingen geweest tussen de Surinaamse delegatie en de Guyanezen onder leiding van de Guyanese ambtgenoot Juan Edghill. De bewindsman geeft aan dat zoals beloofd na zijn bezoek aan Guyana, drie documenten zijn gepresenteerd. Het betreft een MoU, de 30 pagina’s tellende Terms of References (ToR) en de Letter of Interest (LoI). In de Terms of References is aangegeven waaraan de brug moet voldoen. De Letter of Interest wordt in de komende dagen gepubliceerd voor zowel lokale als internationale bedrijven. Tot februari 2021 mogen bedrijven zich inschrijven voor de haalbaarheidsstudie die gedaan moet worden. Minister Nurmohamed geeft aan dat bedrijven simultaan in Georgetown en Paramaribo hun documenten moeten indienen. Het betreft een haalbaarheidsstudie met inbegrip van onder andere milieu- en sociale effectbeoordelingen en gedetailleerde ontwerpen, tekeningen, de kostenramingen van een brug die South Drain (Suriname) en Molesen Creek (Guyana) verbindt. De bewindsman stelt dat de studiefase een periode van 12 maanden bestrijkt. “Indien alles volgens planning verloopt, kunnen wij op z’n vroegst in 2022 beginnen met de bouw van de brug over de Corantijnrivier”, besluit minister Riad Nurmohamed.
