Landbouwscepticus op de stoel minister LVV

Waar we dachten dat we het ergste al hadden gehad op het zeer belangrijke productieministerie van LVV, blijkt nu dat een minister van nog lagere kwaliteit op de stoel van de minister is gezet. Het is weer gebleken dat vakkennis op zich nog helemaal niet voldoende is om een goede minister of zelfs een directielid van een ministerie te worden, maar dat veel uitmaakt de goede wil en de politieke wil om iets ten goede te veranderen in het land. We hebben hier veel kritiek gehad op minister Algoe die veel dromen verkocht en 0 realiseerde. Hij verkocht dromen zoals Bollywood ‘is selling dreams’. Algoe gaat de geschiedenis in als de minister die het meest beloofde, zelfs het kweken van aardappelen, maar het minst realiseerde, omdat hij verzandde in goedkoop populisme. Hij reisde het land door, niet met het schaarse landbouwkader als gezelschap, maar zijn magazijnmeester…om geschonken landbouwmiddelen te verdelen aan politieke loyalisten die het gebruikten of doorverkochten omdat ze zelf niet aan landbouw doen. Sewdien is een tikkeltje erger dan Algoe, het blijkt dat Sewdien 0,0 aan dromen heeft voor de agrarische sector. Hij is een landbouwscepticus, iemand die niet gelooft in grootschalige agrarische productie in dit land, noch minder in Surinaamse werknemers die in de sector onder moderne omstandigheden een brood zouden kunnen verdienen. Op het Natin zijn er 2 richtingen waar er landbouw en veeteelt worden onderwezen en waarin de mbo-studenten afstuderen. Op de universiteit is de afdeling Agrarische Productie. Dit midden en hoger kader behoort in staat te zijn om leiding te geven aan grote landbouwbedrijven waar 500 werknemers emplooi vinden. Als er Surinamers zijn die eraan dachten om landbouw te studeren, dan zullen ze zeker ervan afzien als ze zo een landbouwscepticus als Sewdien in DNA horen praten. Sewdien was eerder werkzaam bij LVV, maar wapenfeiten zijn er van hem niet bekend. Hij heeft niet veel gepresteerd op het ministerie. In de periode 2015-2020 was hij adviseur op het ministerie althans aanwezig op LVV en dus onderdeel van hetgeen in deze periode tot stand is gebracht en dat is in de buurt van nihil. Er was bezwaar tegen het aanstellen van Sewdien als minister van LVV omdat hij eigenlijk een corrupt imago heeft in de sector. Hij is door zijn eigen betrokkenheid als ondernemer en door zijn betrokkenheid bij landbouwclubs niet onpartijdig. Hij gaat door als te zijn partijdig en eenzijdig. Er is heel weinig tot niets positiefs bekend van Sewdien in de agrarische sector, niet op het gebied van het omhoog krikken van de productie en de landbouwexporten. Toen Sewdien aangekondigd werd als minister hadden wij geen hoge verwachtingen van hem en hij heeft de voorspellingen waar gemaakt. Sewdien gelooft niet in productie, zijn ervaring is dat in Suriname er geen grootschalige productie kan zijn. Als er extern kapitaal aangetrokken kan worden, dan wil hij dat dit niet gaat in grote landbouwbedrijven die werkgelegenheid creëren en bijdragen aan het bbp maar… dat de miljoenen US dollars verdeeld worden onder landbouwvrienden. Als u het ons vraagt dan hebben wij wel vertrouwen in Surinaamse PPP-bedrijven die kunnen beginnen als staatsbedrijven. Er zijn succesverhalen in Suriname, maar er zijn ook rotverhalen. Het ligt eraan hoe je het aanpakt. Sewdien heeft zijn wantrouwen uitgesproken aan het adres van de Surinaamse werknemer die niet kan werken in een bedrijf waar je 2 keer per dag koeien (met een melkmachine) moet melken. Sewdien heeft indirect ook zijn afkeuring uitgesproken aan het adres van alle werknemers in de staatsbedrijven. Deze zouden geen goede attitude of  werkhouding hebben en daarom zou Suriname niet een op export gerichte zuivelfabriek moeten hebben. Wij hebben wel vertrouwen in Surinaamse werkgelegenheid en eigenlijk moet een minister op een productieministerie die niet gelooft in Surinaams werkgelegenheid zijn portefeuille afstaan en aftreden. Hij zit dan namelijk op de ministerstoel niet voor het algemeen belang, maar voor het eigen belang en dat van een vriendenclub. We hebben voorbeelden van deze soort exercities voor Surinaamse ondernemers zoals ontheffingen, goedkope dollars en kapitaal, maar zelden heeft het geleid tot investeringen in de productie, meer productie en werkgelegenheid. Waar de minister vertrouwen in heeft, daar hebben wij juist een wantrouwen in namelijk malafide ondernemers die zitten te loeren op gratis geld om het te parkeren op een buitenlandse rekening.

Het is schandalig dat de minister van LVV dinsdag in DNA afstand heeft genomen van de agrarische sector. We zeggen dat omdat de minister een hele waslijst aan problemen en misstanden in de sector heeft genoemd zoals overbevissing, het doorverhuren van visvergunningen en vissmokkel. Wat de minister niet doorheeft, is dat hij ook verantwoordelijk is voor het aandragen van oplossingen. Maar het schijnt dat de minister gelooft dat hij er al is als hij de problemen kan listen, dat kan een oude gewoonte zijn. De oplossingen die moeten van iemand anders komen of een toekomstige minister. Het is dus inmiddels duidelijk gebleken dat het pessimisme, het cynisme en de desinteresse van de LVV-minister gehekeld wordt door zowel de coalitie als de oppositie. Het is opvallend dat door de huidige regering niet meer wordt gesproken over ‘diversificatie’ van de economie via de agrarische sector, de TCT-minister echter heeft wel een meer hoopgevende houding. Het signaal dat via de LVV-minister door de regering aan het volk is gegeven is duidelijk: koester geen grote verwachtingen van productie in de agrarische sector, we beloven niet veel, we hoeven niet veel te doen en we zullen niet veel op dit vlak realiseren. En dat is een zeer schandelijke vertoning voor een regering die in geldproblemen zit en een gediversifieerde productiestructuur op poten moet zetten. Met de begrotingsbehandeling van 2020 hebben 2 ministers zich stevig gepositioneerd als de meest waardeloze ministers van het moment (seizoenlantaarndragers): die van LVV en die van Biza.        

error: Kopiëren mag niet!