WWF Guianas: ‘Rond 2025 kan onze bosbedekking onder de 90% komen te zitten’

(Deel II)

WWF Guianas (World Wildlife Fund, actief in Suriname sinds 1999) is bezorgd over de toenemende ontbossing in Suriname, het onverantwoord gebruik van kwik dat de grond, de lucht, de rivieren en de vissen verontreinigt en ook een ernstig gevaar voor de volksgezondheid vormt, het steeds dieper in de bossen doordringen van stropers, en over de verslechterende situatie rond de bedreigde zeeschildpadden. Dagblad Suriname vroeg Dylan de Gruijl, Communications Manager WWF Guianas, in te gaan op de actuele situatie rond het milieu, de biodiversiteit in Suriname, bijvoorbeeld de situatie vlakbij en in het Centraal Suriname Natuurreservaat. Dit is het tweede en laatste artikel waarin het WWF uitgebreid ingaat op diverse aspecten het milieu en unieke biodiversiteit van het land regarderend.

WWF zet zich in voor gecontroleerd zeeschildpaddentoerisme Braamspunt

De Gruijl: ‘Gidsen hebben een vergunning nodig om Braamspunt met toeristen te bezoeken. Deze vergunning kan worden verkregen door het succesvol afronden van een zeeschildpaddenwachtersopleiding, die gidsen leert hoe ze zich met toeristen moeten gedragen, terwijl ze nestelende schildpadden bekijken, zodat overlast tot een minimum wordt beperkt. De toerist zal een vergoeding moeten betalen voor het bezoeken van Braamspunt. De contributie wordt gebruikt voor een nog op te richten stichting, die verantwoordelijk zal zijn voor de promotie van het schildpadtoerisme, de opleiding van gidsen en het patrouilleren op de stranden. De stichting zal bestaan uit Natuurbeheer, de lokale vissersgemeenschap en de gidsen.’

Zorgen over ongereguleerde veelal illegale houtkap en mijnbouw

WWF Guianas vindt de ongereguleerde, vaak illegale houtkap en mijnbouw zorgwekkend. ‘Zonder regulering en duurzame exploitatie van de enorme natuurlijke rijkdommen, dreigt Suriname het kind met het badwater weg te gooien. Dan zitten toekomstige generaties met problemen als vervuild water en overstromingen en verlies van vruchtbare grond als gevolg van ontbossing.’

‘Rond 2025 kan onze bosbedekking onder de 90% komen te zitten’

In een rapport uit 2019 van de Stichting Bosbeheer en Bostoezicht (SBB) is sprake van een stijgende ontbossingsgraad, met als hoofdoorzaak geplande en ongeplande mijnbouwactiviteiten, 71% van alle ontbossing, aldus De Gruijl. ‘Volgens gegevens van Tropenbos Suriname wordt hout dat is gekapt in het Marowijne- en Langa Tabiki-gebied over de weg vervoerd via Commewijne. Dat mag tot zeven uur ’s avonds. Maar de zwaarbeladen trucks houden zich niet altijd aan het tijdstip en vormen een gevaar voor het verkeer en trekken een zware wissel op de staat van de wegen. Door een tekort aan boswachters worden deze trucks ook onvoldoende gecontroleerd. Als de jaarlijkse ontbossing blijft toenemen, kan rond 2025 onze bosbedekking onder de 90% komen te zitten. Daarmee gaat ook de afnemende kwaliteit van het bos gepaard.’

Wat betreft mijnbouw, zegt de WWF-Guianas woordvoerder: ‘Illegale ontbossing en onverantwoord gebruik van kwik zijn de grootste problemen. Het gebruik van kwik in de kleinschalige goudwinning brengt grote milieurisico’s met zich mee. De vrijkomende kwikdamp heeft een negatieve impact op de gezondheid van mens en dier. Consumptie van met kwik vervuilde vis resulteert in kwikvergiftiging. Onderzoeken wijzen uit dat mensen in lokale gemeenschappen teveel kwik consumeren, wat voor allerlei ernstige aandoeningen kan zorgen, van kanker, tot neurologische aandoeningen en impotentie. Ook legale vergunning houdende goudzoekers op scalians gebruiken kwik en vervuilen de rivieren. Goudzoekers die opereren in en rondom het gemeenschapsbos van hun dorp, dat door de overheid is toegewezen, zien zichzelf echter niet als illegaal.’

Ongeveer 40.000 personen zijn direct en/of indirect bij kleinschalige mijnbouw betrokken. 7.342 Personen zijn door de Commissie Ordening Goudsector (OGS) aangemeld als direct betrokken medewerkers en een onbekend aantal is illegaal bezig. Het Decreet Mijnbouw van 8 mei 1986, gewijzigd in 1997, bevat algemene regels omtrent de opsporing en ontginning van delfstoffen. Maar de overheid heeft onvoldoende capaciteit om controle te kunnen uitoefenen en indien nodig op te treden. De wetgeving is ook verouderd en geeft geen antwoord op de huidige uitdagingen met betrekking tot het vreemdelingenvraagstuk en het milieu. De OGS heeft als taak de kleinschalige – illegale-  goudmijnbouw in kaart te brengen, maar het wettelijk kader daartoe is verouderd en moet aangepast worden aan de omstandigheden van deze tijd.’

‘Blij met samenwerking met ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu’

Met het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu heeft WWF Guianas onlangs een samenwerkingsovereenkomst getekend om technische en institutionele ondersteuning te geven om haar capaciteit te versterken, waarvan onderdeel zijn het ontwikkelen van een strategisch plan voor het ministerie en de implementatie van de Milieuraamwet. ‘Dit moet concreet nog vorm krijgen de komende maanden, maar wij zijn erg blij met de bereidheid van dit nieuwe ministerie om met WWF-Guianas te werken’, aldus De Gruijl.

‘Zo veilig mogelijke exploitatie van olie- en gas wordt nieuwe uitdaging voor Suriname’

De komende jaren zal Suriname geconfronteerd worden met een mogelijk explosieve groei van activiteiten voor de kust vanwege een aantal grote olievondsten. WWF Guianas houdt die ontwikkelingen in de gaten. ‘Een zo veilig mogelijke exploitatie van olie- en gas wordt een nieuwe uitdaging voor Suriname. Een ongeval met een olielekkage kan onherstelbare schade veroorzaken aan de biodiversiteit en de visserijsector. In de achter ons liggende jaren hebben wij daarom ook gepleit voor de goedkeuring van de milieuwet. Eind maart 2020 is de wet aangenomen door het parlement. We hebben samen met het Nimos (Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname) richtlijnen ontwikkeld voor de offshore olie- en gasexploratie. Daarbij hebben we onder meer technische ondersteuning gekregen van de Commissie MER (Milieueffectrapportage) in Nederland. Verder pleiten wij ervoor om de inkomsten van olie- en gas – die tijdelijk zullen zijn – gericht te gebruiken voor het ontwikkelen van een werkelijk duurzame economie in Suriname en betere bescherming van onze natuurlijke hulpbronnen, zodat de komende generaties daar ook de vruchten van plukken. Staatsolie ondersteunt ons in deze visie. Suriname staat op een kruispunt in zijn geschiedenis. Door nu de juiste beslissingen te nemen, kunnen we een economie en maatschappij ontwikkelen, die voor decennia zorgt voor banen, welvaart en een schone leefomgeving. Het is van cruciaal belang dat de overheid daarvoor de juiste kaders  schept.’                                                     

PK

error: Kopiëren mag niet!