“De verkoop gaat, maar het heeft nog steeds niet kunnen compenseren voor de schade van de afgelopen maanden”, zegt een eigenaar van een kledingzaak tegenover de krant. “Een week na de lockdown zag ik al een verandering. Vooral bij het kopen van jeansbroeken voor schoolgaanden, ondertrui en ondergoed. Ook werden de andere spullen, waaronder bloesjes, hemden of jurken verkocht, maar de meeste aandacht was gevestigd op de kleding voor de schoolgaanden. Nadat de school was begonnen, zag je de mensen toch beetjes bij beetjes komen om hun inkopen te doen en dat deed mij goed. Tot zover heb ik geen problemen gehad met klanten. Eenieder heeft zich gehouden aan de covidmaatregelen. Voor een klant de zaak binnenkomt, is hij of zij verplicht een mond- en neusbedekking op te zetten en vervolgens zijn of haar hand te desinfecteren. Je gaat af en toe klanten hebben die het desinfecteergedeelte vergeten, maar door de assistent wordt die zeker erop gewezen. Mijn zaak is ruim genoeg en er is sprake van genoeg ventilatie. Ook ga je mensen hebben die gaan balen van het ophouden van hun mond- en neusbedeking. Kleren zoeken gebeurt niet zo snel, dus ik maak er geen probleem van. Als de klant wel te lang zonder zijn of haar neus kap loopt, dan wordt hij of zij ook tussendoor wel eraan herinnerd. Maar tot zo ver is alles goed gegaan”, benadrukt de ondernemer.
Een andere eigenaar gaf aan dat hij nog aan het twijfelen was om zijn zaak open te doen. Om toch niet meer verlies te lijden, besloot hij zijn deuren toch te openen. “Er mogen vijf klanten tegelijk in de zaak en dat houden de assistenten strak in de gaten. Andere klanten vinden het wachten niet zo leuk, maar is het altijd goed om voorzichtig te zijn”, zegt de eigenaar. “Misschien zal ik wel van gedachten veranderen, maar voor nu blijf ik nog op mijn punt.”
TM
