Maatregelen al vroeg in de regeerperiode

In het nieuws en op social media komen nu amper een maand nadat de nieuwe ministers zijn aangetreden gestaag de activiteiten naar buiten die door de ministers worden ontplooid en de maatregelen die worden genomen. Twee daarvan willen wij in deze editie wel belichten. Ten eerste het voornemen van de minister van OW om de komende 2 jaren de grote veel geld verslindende infrastructurele projecten on hold te zetten. Het Surinamervier baggerproject dat direct gelinkt is aan de Surinaamse economie, productie en deviezeninkomsten zal wel worden voortgezet en dat is een wijs besluit van de minister. Het on hold zetten van geldverslindende infraprojecten is een aanbeveling die we herhaaldelijk aan de voorgaande regering hebben gedaan. De infrastructuur is belangrijk voor de economie en de productie. Echter moet wel toegegeven worden dat vanaf 1996 en meer nog in een hogere versnelling na 2000 elk jaar op een behoorlijk tempo allerlei primaire en secundaire wegen in Paramaribo en de districten zijn geasfalteerd. Het gevolg is dat op dit moment een behoorlijk aantal kilometer aan wegen reeds verhard is en over het algemeen ook in een redelijke staat verkeert. Over het algemeen is er geen dringende behoefte nu om acuut en het gehele jaar door wegen te blijven asfalteren. Er wordt heel veel geld uitgegeven aan de wegen, vaak gaat het ook om herasfalteringen. Het beleid is er de laatste tijd geweest om niet te lang te wachten met het herasfalteren. Wat OW samen met RO nu moet doen is dat de ambtenaren die daarvoor in dienst zijn genomen, ten volle en met moderne middelen (niet met houwers, houwelen en tjappen) worden ingezet om de bermen en de sleuven te onderhouden en netjes te houden. Het blijft zwaar werk in de zon en eventueel kan als compensatie een werktijdverkorting aan deze ambtenaren worden gegeven, want het zijn toch ambtenaren in de laagst betaalde schalen. Als ze ’s morgens vroeg beginnen en de wegen goed onderhouden en ontdoen van wied en ‘kapoeweri’ en ervoor zorgen dat het water na regen niet blijft hangen op de straten, dan mogen ze wat ons betreft iets eerder naar huis wanneer het behoorlijk heet wordt in Suriname na bijvoorbeeld half 2 of 2 uur. Dus complimenten aan de minister dat hij pragmatisch te werk gaat en het is waarschijnlijk iets gemakkelijker voor deze minister om deze soort logische maatregelen te treffen, omdat hij in het dagelijks persoonlijk leven ook zo de keuzes maakt. Wanneer hij erin slaagt om een pas op de plaats te maken en ambtenaren met een incentive hun werk te laten doen, dan denken wij dat de besparingen en bezuiniging wel zullen bijdragen aan het realiseren van een aanvaardbaar begrotingstekort of zelfs het realiseren van een overschot aan het eind van het fiscaal jaar.

Een tweede zaak die we vandaag belichten zijn de activiteiten van de minister van jongeren in het kader van internationaal jongerendag, maar ook daarvoor in het kader van de preventie van suïcide bij jongeren. De activiteiten zijn erop gericht geweest om de jeugd te belichten, hen te versterken en hen een hart onder de riem te steken. En dat is een zaak die toegejuicht moet worden. Het ministerie van Sport en Jeugdzaken is nu opgesplitst onder 2 ministeries. De jongeren zijn een belangrijk onderdeel van de Surinaamse samenleving. Wij hebben eerder gesteld de ontwikkeling van Suriname, bijvoorbeeld het klimmen van een middeninkomensland naar een hoog-inkomens-land, afhangt van de ontwikkeling van de jongeren. Hoe meer aandacht is besteed aan de kinderen en de jongeren en hoe beter ze zijn geschoold, hoe gemakkelijker het wordt om een weerbare economie en een sterke samenleving in stand te houden. Er moet veel aandacht daarom aan de kinderen en de jongeren worden besteed. Het is in het eigen belang van de volwassenen zelf nu om offers te brengen en te investeren in de kinderen en de jongeren. Want een generatie die met liefde is opgebracht, beseft dat de volwassenen offers voor hun hebben gebracht en die geschoold en moreel een goede ontwikkeling heeft doorgemaakt, die gaat de volwassenen die ouder zijn geworden niet in de steek laten. We hebben hier vaak geschreven dat een veel groter deel van de bevolking van Suriname een middelbare school diploma op zak moet hebben: niet alleen de dames maar ook de heren. Het percentage Surinamers dat een middelbare school diploma  behaalt of een hbo of academische opleiding volgt is nog te laag. Vooral de jongens en mannen laten het afweten en haken te snel af, zelfs in de richtingen waar aanvankelijk mannen een meerderheid in de studentenpopulatie vormden zien we een terugval. De meisjes moeten het tempo aanhouden een tandje bijstellen naar een hoger niveau, maar zeker bij de jongens is er veel braak terrein te winnen. En hoe zou dat kunnen? Door het studeren goedkoper te maken en goedkope leningen te geven aan de leerlingen en studenten. De beurzen, de uitkeringen en de leningen moeten gegeven worden vanaf 16 jaar tot iets boven de 20 jaar: genoeg om een studie op de universiteit af te maken. De afbetalingsvoorwaarden moeten niet afstotend zijn. Er mogen best wel schuldkwijtscheldingen worden gegeven. De regeling moet zijn dat degenen die binnen een bepaalde tijd na hun studie of tijdens hun studie naar het buitenland vertrekken, hun lening eerst aflossen. In deze gevallen kunnen geen kwijtscheldingen worden gegeven, want de Surinaamse belastingbetaler kan geen kader gaan financieren voor rijke landen als Nederland, België en de USA.  Het lager onderwijs is verplicht en tot 16 jaar – dat is de internationale norm die geldt voor een land in Suriname – moet het onderwijs of de vakscholing gratis zijn. Het is nooit en te nimmer weggegooid geld, integendeel. Iets dat deze regering onder een strenge corruptiepreventiemaatregel moet bekijken is zeker het schoolvoedingsproject dat niet door de vorige regering is ingevoerd maar in onze geschiedenis ook eerder al werd uitgevoerd. Dit kan zeker bijdragen aan de ontwikkeling van de kinderen en jongeren.            

error: Kopiëren mag niet!