De vergelijking dat de huidige
regering geen beroep moet doen op het Internationaal Monetair Fonds (IMF),
omdat de vorige regering, bij hetzelfde voornemen op tegenstand stuitte van de
toenmalige oppositie, is volgens Romeo Stienstra, de ondervoorzitter van DA’91,
niet correct. “De omstandigheden enkele jaren geleden en nu zijn totaal
verschillend. “Waarom zou je toen naar het IMF moeten als je over enkele miljarden
beschikte?”, vraagt Stienstra. “De situatie is nu dusdanig verslechterd, want
nu is de staatskas leeg, terwijl het land wel bestuurd moet worden. De huidige
regering heeft een lege staatskas aangetroffen. In het geval van de vorige was
de situatie anders en was er sprake van slecht bestuur. Noodmaatrgelen zijn dus
nodig”, bepleit Stienstra.
Draagvlak
Bij het afkondigen van maatregelen merkt Stienstra echter op dat de huidige
regering beter moet communiceren met het volk. “Er is geen draagvlak gezocht
bij het volk en de vakbond.” De ondervoorzitter van DA’91 zegt dat het volk
niet is gekend in de maatregelen. Ook het parlement en de vakbond zouden
geraadpleegd moeten worden. “Het is belangrijk om deze partijen te betrekken en
uit te leggen dat we een serieus
probleem hebben in het land.” Stienstra vindt persconferenties niet de juiste
weg. Over de solidariteitsheffing stelt hij dat de personen die SRD 2000 per
maand verdienen, niet de breedste schouders van de samenleving hebben en in dat
verband kijkt Stienstra eerder naar de mogelijkheden om de grote weggesluisde
bedragen via de ter beschikking staande middelen terug te halen. De
ondervoorzitter noemt ook de goudindustrie, waarbij de opkoop momenteel
belastingvrij geschiedt. “Een eventuele solidariteitsheffing daar wekt dan meer
sympathie, omdat de loontrekkers willen zien dat de misstanden worden aangepakt.” Stienstra vraagt zich ook af waarom de
heffing twee jaren zal duren. De ondervoorzitter van DA’91 is voorstander van
een kordate aanpak van het terughalen van de verdwenen gelden.
RB
