Verantwoordelijkheid bij burger

Na een periode van een ‘near lockdown’ is de Surinaamse economie nu min of meer open voor business. Alleen de horeca is nog als business nog dicht met uitzondering van de restaurants. Die hebben een beproefd middel om de operations draaiende te houden en dat heeft betrekking op de afhaalservice. Het zitten eten in een restaurant is er niet meer bij vooralsnog. Maar zowel de restaurants als de casino’s en de hotels hebben de ruimte om met voorstellen te komen richting te regering. Bijvoorbeeld zouden restaurants met een open terras wel beperkt en op afspraak mensen kunnen ontvangen. Sommige restaurants hebben dat wel. Het gevaar van besmetting is groter in gesloten ruimten met weinig luchtdoorstroming. De businesswereld moet zelf met ideeën komen en die zijn er wel om inkomsten te blijven hebben. De ondernemers in de verschillende sectoren moeten nu met elkaar in conclaaf treden om over hun sectoren business- en veiligheidsafspraken te maken. Bedrijven zullen nu meer met elkaar moeten samenwerken bijvoorbeeld bij het doen van inkopen en binnenhalen van goederen etc. Maar ook over de veiligheid moeten de sectoren goed zitten om afspraken te maken met betrekking tot preventie, monitoring en testing. Ook over besmettingspreventie zoals hygiëne, barrières tussen klanten en werknemers en tussen werknemers onderling, social distancing en het gebruik maken van meer open ruimtes zoals het balkon om zittend werk te doen, moeten door de ondernemers samen met de werknemers bekeken worden. Een gebouw zonder airco maar wel luchtdoorstroming is veiliger, maar de werkplek wordt wel iets warmer. Mensen zullen gaan zweten. De werkplekken, dus de actuele gebouwen en bouwsels waarin/waaronder mensen zitten verschillen behoorlijk van elkaar. Het zijn de bedrijfseigenaren die met hun werknemers veiligheidsregels moeten afspreken. Werkgevers moeten hun werknemers ook aanspreken om in hun sociale leven ook de regels in acht te nemen, anders brengen deze werknemers het gevaar in het bedrijf en brengen ze hun collega’s in gevaar. Indien de werkgever bewijs heeft dat een werknemer zijn gezondheid in direct gevaar heeft gebracht door mogelijk zich bloot te stellen aan besmetting (door de regels te negeren) dan wordt van de werkgever verwacht dat hij zijn overige medewerkers tegen de besmetting beschermt. Zo een werknemer dient niet tot de werkplek te worden toegelaten. Met het oog op Covid-19 hebben ondernemers het recht om een zekere sociale standaard van hun werknemers te verwachten. Indien de werknemers zich niet daaraan houden, dan kan dat leiden tot het niet uitbetalen van het loon omdat ze werknemer zich in de onmogelijkheid heeft gebracht om arbeid te verrichten. Het zou zelfs kunnen leiden tot oplegging van disciplinaire maatregelen, vooral wanneer de werkgever de regels over het sociale leven op papier heeft gezet en daarin ook de consequenties van het overtreden van de regels heeft opgenomen. De ondernemers hebben het recht om van hun werknemers, vanwege het grote besmettingsgevaar en het fatale karakter van de ziekte, te verwachten dat ze de gezondheidsregels naleven. Zo kunnen werknemers dagelijks of regelmatig worden getest op hun temperatuur. Ook kan de plicht op de werknemers worden gelegd dat ze verandering van hun gezondheid die zou kunnen duiden op een besmetting, meldt aan de werkgever. Dan hebben we het over koorts, hoesten etc.. En dan men onder deze omstandigheden niet aan het werk komt.

We schrijven dit omdat het openstellen van de economie niet betekent dat het virus weg is, geenszins. Er moet geen feest worden gevierd. Wat de regering heeft gedaan, omdat er zoveel kritiek was op de lockdown, om de bal terug te spelen naar de ondernemers en de burgerij. Het gevoel bestaat zelfs dat de regering haar handen heeft afgetrokken van de Covid-19 situatie, maar dat is niet zo. Wel is het dat men de verantwoordelijkheid om Covid-19 in te dammen, nu heeft gedeeld met de burgerij. Dat is wel een zeer gevaarlijke situatie, omdat over het algemeen is gebleken dat de Surinamer niet meer gewend is om zich te houden aan regels. De Surinamer is teveel gewend aan vrijheid om te doen wat men wil, zelfs het illegale wil men vrij kunnen doen. Met en zonder de lockdown zal de situatie zo zijn. De besmettingen zullen stijgen, het aantal doden zal ook stijgen. De burgerij zal pas veranderen wanneer ze onderling met elkaar in conflict komen, maar met dwang is onze regering niet in staat om regels af te dwingen. De overheidsinstituten zijn zwak, regelgeving kan men niet afdwingen. De gemiddelde Surinamer is slachtoffer en liefhebber van chaos en losbandigheid dat de hoofdoorzaak is van een gebrekkige Surinaamse samenleving. Het stuur is nu in handen van de man van de straat, maar die heeft geen rijbewijs. Het zwakke in het systeem is dat welwillende burgers die geen moeite hebben aan de regels, geen gelegenheid hebben om ergens onveilige situaties te melden.          

error: Kopiëren mag niet!