‘Als je vandaag wilt begrijpen, moet je op zoek gaan naar gisteren’

Het zijn onzekere tijden. Angst, verdriet en agitatie voeren de boventoon in onze samenleving. 75 jaar geleden maakte ons land eveneens een crisis door; we waren bezet door nazi-Duitsland. De winter van 1944 op 1945 was verschrikkelijk. Steden in West-Nederland hadden te maken met grote tekorten aan voedsel en brandstof. Het front liep dwars door Nederland heen, waardoor steenkolen uit de mijnen van Limburg niet getransporteerd konden worden naar West-Nederland. Zuidelijk-Nederland was al bevrijd door de geallieerden. Doordat de nazi’s wegen en bruggen naar West-Nederland blokkeerden, ontstond in West-Nederland een enorme schaarste aan voedsel, hulpgoederen, brandstoffen en medicamenten. Het was een ramp van immense omvang. Er was geen licht, geen elektriciteit, geen gas. Op vertoon van rantsoenkaarten kon men bij centrale gaarkeukens eenmaal per dag waterige soep afhalen. De hongersnood was zo ernstig dat in o.a. Den Haag en Amsterdam honden, katten, muizen en bloembollen werden opgegeten. In totaal stierven meer dan 25000 Nederlanders van de honger. Veel inwoners van West-Nederland fietsten richting het oosten om hun bezittingen (contant spaargeld, gouden sieraden, bestek) te ruilen tegen voedsel. Veel boeren in Twente, Gelderland en Overijssel hadden nog voedselvoorraden opgeslagen in hun schuren. ‘Operatie Manna’ zorgde ervoor dat geallieerde vliegtuigen voedselpakketten(meel, brood, chocolade, suiker, koffiebonen, rijst, aardappelen) konden droppen bij o.a. Rotterdam, Gouda en Ypenburg.

In 2012 heb ik in het Nationaal Archief een mooie brief gevonden. De brief is geschreven door de toenmalige gouverneur van Suriname, gestempeld door koningin Wilhelmina, om de heren Ramkalup en Ramnarain te danken voor het zenden van Surinaamse aardappelen naar Nederland gedurende de hongerwinter ’44-’45. Mijn overgrootvader Ramkalup heeft Nederland voedselpakketten gestuurd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Veel Surinamers staken hun handen uit de mouwen en hielpen de Nederlanders met de wederopbouw gedurende ’45-’50.

Het vinden van een oude brief omtrent je eigen familie ontroert en inspireert. Auteur Pearl Buck zei hierover: “Als je vandaag wilt begrijpen, moet je op zoek gaan naar gisteren”

In het Nationaal Archief heb ik ook een verhaal gevonden over mijn maternale grootvader; Harnarain Gunputsing. Mijn opa en zijn broers hielden om de 4 weken oefeningen in geval van een Duits bombardement vanuit Frans-Guyana(Frans-Guyana steunde de Vichy-regering). Mijn opa had de taak om de zwarte rolluiken voor het raam van zijn huis te plaatsen op het moment dat er alarm werd geslagen door de lokale officieren in het district Commewijne. Ook moest hij alle petroleumlampen doven om op deze wijze verwarring te creëren bij de vijandige Duitse vliegtuigen. Suriname heeft een ongelooflijk grote bijdrage geleverd aan de overwinning van de geallieerden in de Tweede Wereldoorlog. De Amerikaanse oorlogsindustrie was afhankelijk (meer dan 60%) van de Surinaamse bauxietindustrie. Bauxiet is de grondstof voor aluminium en de Amerikanen, Canadezen en Britten hadden veel aluminium nodig voor hun oorlogsvliegtuigen. De Amerikanen stationeerden in 1941 2000 soldaten in Suriname om de mijnen te beschermen. Veel Surinamers waren geschokt door de Duitse bezetting in Nederland. Surinamers voelden zich verplicht om de Nederlanders te steunen tijdens de bezetting(1940-1945). Mijn opa herinnerde zich grote Amerikaanse Zeppelins die regelmatig overvlogen, op de enige radio in zijn buurt was vaak het lied  ‘Rum and Coca Cola’ te horen van de Andrew Sisters, en de Duitse gemeenschap die in Suriname woonde werd bewaakt/geïsoleerd op de ‘Jodensavanne’. Suriname bloeide gedurende deze oorlogsjaren, economisch was het land sterk en machtig.

Dayant Ramkalup, mei 2020

error: Kopiëren mag niet!