Houthandelaar over oneerlijke concurrentie

Een houthandelaar vertelt dat hij dezelfde problemen ervaart, zoals elke ondernemer op dit moment, als gevolg van de Coronacrisis. Echter stoort de ondernemer zich aan de oneerlijke concurrentie, die er al was voor de crisis. “Mensen gaan met mobiele machines de bossen in en verwerken het hout ter plekke.”  De houthandelaar zegt dat deze personen vaak Aziaten zijn en dat men voor de verwerking met mobiele machines een vergunning zou moeten hebben. “En ze weten dat SBB (Stichting Bosbeheer en Bostoezicht) tot 22.00 of 23.00 uur controleert, waarna ze hun hout weten weg te sluizen en te dumpen. “Op die manier kan SBB niet achterhalen wie daarvoor verantwoordelijk is. De bedrijven die zich aan de regels houden, de bonafide ondernemers, hebben kosten zoals retributies en het betalen van consessierechten. Maar de malafide personen hebben dat niet. Het gevolg is oneerlijke concurrentie. De handelaar is hierdoor verplicht om zijn prijzen ook te verlagen, want anders ligt mijn hout hier te verrotten”, spuugt de man zijn gal. 

Toch is dat nog niet eens de reden waarom de man zo boos is. “Wij moeten 10 procent omzetbelasting betalen en houtmarkten die hoeven geen omzetbelasting te betalen, omdat ze worden gezien als dienstverleners”, beklaagt de ondernemer zich verder. “Bij wie ga jij dan je hout kopen, bij ons of bij de houtmarkten?” De handelaar noemt nog eens het nadeel dat zijn branchegenoten al tegen hogere kosten aankijken. “Het belastingsysteem zou uniform moeten zijn. Mijn hout wordt door de SBB geregistreerd en aan de belastingen doorgegeven. Via de kuub hout op jaarbasis weet men ongeveer wat onze inkomsten zijn, terwijl de illegaal opererende, die nooit iets aangeven, vrij spel hebben. Zij halen grotere winstmarges”, aldus de handelaar.

RB

error: Kopiëren mag niet!