Chotelal Bank van Suriname: CBvS

De samenleving is verdeeld over de aanname van de Wet Controle Valutaverkeer en Transactiekantoren (valutawet). De cambio’s, de banken, de bankiersvereniging, de overige ondernemers, de economistenvereniging en de oppositie onder andere zijn tegen de wet. Nu is een brief van de officiële CBvS (niet van de niet-officiële CBvS) boven water gekomen. De governor van de officiële CBvS is Roemer en van de niet-officiële CBvS heet Chotelal. De officiële governor zegt dat de CBvS niet is gehoord bij de ingrijpende wijzigingen (aanvullingen), die aan de valutawet zijn toegevoegd. De governor zegt in zijn brief dat de valutawet goede elementen heeft om verdere ordening te brengen in het valutaverkeer en de financiële sector. De governor noemt de registratieplicht van exporteurs en de repatriëring van exportopbrengsten, dus dat een deel dat de exportdollars hier blijven hangen, maar er staat niet in de wet dat die dollars aan de CBvS moeten worden verkocht. De governor beveelt aan dat de Deviezencommissie een beschikking hieromtrent uitvaardigt. De governor zegt dat het verbieden van het sluiten van contracten in dollars, een aantasting is van de contractsvrijheid. Verzekeringsbedrijven en toeleveringsbedrijven van mijnbouwbedrijven zullen hierdoor verlies lijden, blijkt uit de brief. De governor vindt dat de Deviezenwet wel toestaat dat burgers valuta in cash en op de bank mogen bezitten, maar de valutawet dat zou verbieden. Maar dat lezen we niet uit de valutawet zelf; de governor zegt dat omdat mensen alleen voor studie etc… dollars mogen kopen, burgers geen dollars mogen bezitten (om het op te potten). De governor had duidelijker moeten zijn en zeggen dat mensen die geen dollars en euro’s bezitten in cash of op een rekening, dit niet meer of moeilijk zullen kunnen doen en dat mensen die in valuta hebben gespaard dat ook niet meer verder zullen kunnen doen. Dat kan wel een bezwaar zijn bij een deel van de burgerij, vooral de ondernemers.

De governor haalt verder aan dat door artikel 34 van de Algemene Bankvoorwaarden (die te toestaat dat in moeilijke tijden bij het lichten van de eigen dollars van de rekening, men SRD krijgt) en een wet waarop iedereen kritiek heeft, nu paniek en dus een rush op de banken kan ontstaan, dus dat iedereen zijn valuta weghaalt en het thuis bewaart of het parkeert bij een buitenlandse bank. De governor heeft in het openbaar het publiek nog niet opgeroepen om een rush te voorkomen, maar verwacht door het tekort aan deviezen dat de banken wel in problemen zouden kunnen geraken bij een rush. Het sterkst spreekt de governor zich uit tegen de instelling van een Toezichtsorgaan in de valutawet, vooral de bevoegdheid van dit orgaan om bij vermoedelijke bezitters van grote valuta’s (die men voor speculatie aanhoudt). De valutawet verbiedt namelijk het bezit van valuta voor speculatieve doeleinden. De governor vindt dat het Toezichtorgaan in de positie treedt waar de CBvS moet staan. Opmerkelijk is wel dat tot nu toe de CBvS als zodanig wel niets tegen speculatie heeft gezegd en zelf ook geen maatregelen tegen valutaspeculanten heeft aangekondigd. Nu zegt de governor wel dat door het Toezichtorgaan een uitholling plaatsvindt van de CBvS. Zegt de governor hiermee dat ze verzuimd heeft om maatregelen te treffen tegen valutaspeculanten. Opmerkelijk is wel dat de CBvS opmerkelijk stil is geweest de afgelopen weken waar de koers bij de cambio’s een vlucht nam van rond de 9 SRD voor een euro en dollar (lange tijd) naar tot zelfs 14, 15 en 16. Op Facebook werd zelfs al aangekondigd dat de koers moest gaan naar 20. In de afgelopen weken zijn de prijzen constant aangepast. De governor ervaart de valutawet als zodanig dat de CBvS afhankelijk wordt van het Toezichtorgaan, voor haar taken afhankelijk wordt van de besluiten van dit orgaan. De CBvS is bang voor politisering van dit orgaan. De CBvS wil dat in de wet de artikelen 6 en 7 worden gewijzigd en dus dat het Toezichtorgaan niet tot stand komt. De governor zegt in zijn schrijven dat hij het niet mee akkoord is dat de CBvS de koers bepaalt. De ordening die de wet wil brengen is niet realistisch, zegt de governor, omdat de wisselkoers door een aantal factoren onder druk is komen te staan. Concreet noemt hij een structureel fiscaal tekort (met andere woorden tekort aan dollars door een haperend verdiencapaciteit, die niet in verhouding staat tot de uitgaven). Het is niet duidelijk uit de brief van de governor of hij het eens of oneens is dat er een cambiokoers is en dat de cambiokoers door de cambiohouders wordt bepaald naar hun eigen inzicht. Eerder was het niet aan de orde, maar nu wil de CBvS wel ‘in overweging nemen’ om artikel 10 lid f van de Bankwet door te voeren voor rust op het valutafront, nu pas dus. De vraag rijst of het niet al te laat is. Artikel 10 lid f geeft aan dat de CBvS de koersen voor het deviezenverkeer in Suriname vaststelt. De CBvS heeft dit in de afgelopen periode niet benadrukt, de CBvS geloofde niet in deze taak omdat ze geen dollars had, en daardoor is de bevolking deze taak van de CBvS ook vergeten. De Bankwet zegt dat de vaststelling van de koers de vaststelling van maximum- en minimumkoersen kan inhouden. De governor zegt in zijn brief dat de wet ingrijpende sociaaleconomische en maatschappelijke gevolgen zal hebben. De gevolgen voor de banken en verzekeringsmaatschappijen heeft de governor wel genoemd, maar niet voor de consumenten, de normale mensen, die gewoon een loon in SRD hebben en hun dingen om te eten en te drinken in Suriname moeten kopen. De governor kent waarschijnlijk deze gevolgen, maar hij noemt het niet concreet (bijvoorbeeld hoge prijzen etc..). De governor noemt weliswaar de belangen van de kleine man en de burger niet in zijn brief, waarmee niet is gezegd dat hij niet aan ze denkt. Dat de regering nog steeds niet serieus is, blijkt uit het volgende. Terwijl de valutawet spreekt van het hanteren van de CBvS-koers, creëert de president tijdens een persconferentie een koers, die later blijkt de Chotelal Bank van Suriname-koers te zijn. Terwijl de regering zegt dat dollars niet bij cambio’s moeten worden gekocht, blijkt dat de Chotelal Bank van Suriname, met goedkeuring van de regering, dollars aan burgers verkoopt. Zo zien we dat er in Suriname een zwak functionerende en formele CBvS is en een door de regering wel ondersteunde en sterk functionerende informele CBvS op een ander adres dan Waterkant. De valutawet heeft niet over de hele breedte de maatschappelijke ondersteuning en daarbovenop is de regering als eerste begonnen om deze wet vlak na haar geboorte te ondermijnen en de keel dicht te knijpen.                        

error: Kopiëren mag niet!