De ambtenaren verbonden aan de Centrale van Landsdienaren Organisaties (CLO) hebben gisteren op een Ledenraad hun misnoegen geuit over de vertragingen in het realiseren van betere salarissen. Het CLO bestuur kreeg een week de ruimte om met resultaten op tafel te komen. Dit bestuur moest de leden echter meedelen, dat na in contact te zijn geweest met raadsadviseur Jules Wijdenbosch, vicepresident Ashwin Adhin en DNA voorzitter Jennifer Simons, er maar één antwoord als reactie kan worden gegeven, en dat is: wachten op de minister van Financiën. Het gaat volgens de CLO hier om meer dan 10.000 ambtenaren en gepensioneerden. Al met al moeten bijkans 100.000 Surinamers dus nog even wachten. Het blijkt nu dus dat ook het CLO bestuur hiervoor begrip heeft getoond. Het is dus nu wachten op een reactie van de minister.
Er is afgesproken dat het CLO bestuur zondag aanstaande met een technisch team van Financiën en de minister, zal onderhandleen over de nieuwe salarisreeksen. De CLO heeft een eis van 111% loonsverhoging op tafel gelegd. Aan de onderhandelingstafel heeft de CLO een minimum gesteld van 25%, vooruitlopend op de 111%. Dit standpunt at blijft overeind voor de leden. Zij willen in de eerste fase niets anders dan de 25% horen of zien. “Het wordt alles of niets. Als de onderhandeling niet bevredigend is, dan gaan wij alles in stelling brengen. De regering mag dit weten. Dit zijn geen losse flodders”, zei een lid. Het bestuur krijgt tot woensdag de ruimte om te onderhandelen.
Om dit probleem op te lossen heeft CLO topper Michael Miskin de leden twee systemen uitgelegd. Volgens het eerste systeem zou de overheid de koers-schommeling moeten verdedigen en dus bij mondjesmaat geld in de gemeenschap loslaten. Volgens het tweede systeem zou de overheid geld moeten drukken (monetaire financiering). “We geven iedereen geld en morgen is de koers 1 op 30”, stelt Miskin. De CLO topper brengt in herinnering dat het tweede zich in het verleden heeft voorgedaan toen ambtenaren om meer geld vroegen (er is geld gedrukt in 1991-1996 en in 2002). “Dat is het verschil wanneer je met meneer Kirpalani onderhandelt en wanneer met de staat”, stelde hij. De minister heeft in 2016 een intentieverklaring getekend met de Centrale Bank om niet monetair te financieren. De meest voor de hand liggende optie is het faseren van de uitbetaling.
Een ander lid merkte op dat het veel te lang duurt. De onderhandelingen zijn in 2016 gestart en we leven vandaag de dag in augustus 2018. Als de overheid eerder had gereageerd, hoefde een inflatie en het koersvraagstuk zich niet voor te doen. “De mannen die het probleem gecreëerd hebben moeten het zelf oplossen”, zei het lid verhit.
Kavish Ganesh
