Dwarka: “Oliemaatschappijen hebben geen plezier om prijzen telkens aan te passen”

De bussector ondergaat thans een moeilijke periode vanwege de nieuwe benzinetarieven. Zo heeft het Actiecomité Belangenbehartiging Particuliere Lijnbushouders, onder leiding van Suraj Sahadew-Lall, meerdere malen aan de kaak gesteld dat een tariefaanpassing voor het particulier vervoer een grote noodzaak is geworden, terwijl de Particuliere Lijnbushoudersorganisatie (PLO) daar geen woord over rept. Ook voor de Organisatie van Bus- en Boothouders in Suriname (OBS) is de toestand nijpend. OBS dreigt om die reden met een lamlegging van het schoolvervoer. De alsmaar fluctuerende brandstofprijzen creëren veel onheil als gevolg van de wekelijkse brandstofimporten. “Bij elke import heb je een andere prijs. Doordat olie op USD gebaseerd is, vertoont het bij elke lichte stijging op de wereldmarkt een wezenlijk verschil bij de lokale pompstations”, licht Dayanand Dwarka, vakbondsleider bij de lokale oliemaatschappijen, in gesprek met Dagblad Suriname toe. De fluctuaties in benzineprijzen is dus het resultaat van de prijsschommelingen op de wereldmarkt, alsook de devaluatie van de Surinaamse munteenheid.
Dwarka benadrukt dat er in principe niets veranderd is in de wijze waarop de prijzen bij de pompstations worden vastgesteld. “Zo is de government take niet verhoogd.” Het is de rol van de autoriteiten om toezicht uit te oefenen op de prijsontwikkeling. In augustus 2017 had de minister van Handel, Industrie en Toerisme (HI&T), Ferdinand Welzijn, beloofd om te streven naar periodieke gefixeerde benzinetarieven. Echter is dit tot op heden uitgebleven. “Ook in het parlement is deze kwestie verwaterd.” De vakbondsleider accentueert dat de oliemaatschappijen er echt geen plezier in hebben om de brandstoftarieven telkens aan te passen. “Per kwartaal zou er een vaste prijs moeten zijn bij de pompstations, waarna het om de 3 maanden geëvalueerd en bijgesteld kan worden. Hierop moet de overheid toezien”, aldus Dwarka.
KSR

error: Kopiëren mag niet!