Slijngaard: ‘Suriname kan veel leren van Japan’

Jerry Slijngaard
Jerry Slijngaard
De Great East Japan Earthquake (GEJE) was de eerste ramp die ooit is geregistreerd met een combinatie van een aardbeving, een tsunami, een kerncentraleongeval, een stroomstoring en een grootschalige verstoring van de supply chains. Op 11 maart 2011 sloeg een aardbeving van magnitude van 9,0 op de schaal van richter in de Stille Oceaan voor de kust van Tohoku. Een tsunami van ongekende kracht brak meer dan 650 kilometer kust inwaarts. Bijkans 500 km aan land werd overspoeld. De successen van het Japanse Disaster Risk Management (DRM) systeem, evenals de manieren waarop het systeem kan worden verbeterd, zijn terug te vinden in onderzoeksrapporten. Ondanks Japan een land is dat grote klappen moet incasseren (zowel natuurlijke als kunstmatige), noteert het land toch een stabiele groei. Hoe dan ook, de economie schijnt zichzelf op een of andere manier altijd te genezen. In het jaar 1993 is Japan zelfs het rijkste land van de wereld geweest met het oog op het BNP. Met het kleine verschil van 18 dollar heeft het Zwitserland overtroffen. In 1993 bedroeg het BNP 33.764 dollar. In hetzelfde jaar was het BNP in Nederland ongeveer 19.000 dollar.
Kolonel Jerry Slijngaard, coördinator van het NCCR, stelt tegenover de krant dat Suriname veel kal leren van Japan. Dit zei hij op het mommend nadat Japan gisteren materiele ondersteuning toezei aan Suriname voor rampenbeheersing in Suriname. Zowel op economisch gebied, als op het gebied van rampenbeheersing en management kan Suriname naar zijn oordeel veel van Japan meenemen. Doorzettingsvermogen en veerkracht is waarmee Slijngaard de Japanners typeert.
“Wij zijn al een hele tijd met Japan bezig, omdat zij zelf onder een heleboel stress leven. Wij proberen uit hun succesverhalen te leren en daar gebruik van te maken. Zij stellen dat ook ter beschikking voor ons”, stelt de kolonel. Slijngaard geeft mee dat NCCR jaarlijks zijn mensen naar Japan mag sturen om kennis te halen. “Wij hebben jaarlijks mensen die voor langere periode in Japan zijn om getraind en opgeleid te worden, om ons disaster management in Suriname te kunnen verbeteren”, zegt de coördinator. De laatstelijk gezonden persoon is 2 weken geleden teruggekeerd.
Japan heeft een redelijk tot goed uitgewerkt nationaal rampenplan. Elke Japanner wordt ook geschoold in alertheid en wordt voorbereid op het ergste. Suriname heeft dat nog niet. Volgens Slijngaard ligt het in de bedoeling dat dit ook in Suriname wordt opgepakt. “Surinamers hadden altijd het idee dat wij een gezegend land zijn. Wij zijn niet uniek daarin. Wij hebben wel gezien dat bewustwording en besef veel groter wordt. Wij hebben veel rukwinden. Men weet dat men nu hierop moet letten. Vooral bij het bouwen is men erop bedacht. Mensen zijn zeker niet meer afstandelijk ervan. Wat wij zeker moeten doen, is meer programma’s uitwerken om mensen bewuster te maken. En zeker in gebieden waar in het afgelopen jaar veel rampen hebben plaatsgevonden”, stelt Slijngaard. NCCR maakt vooralsnog gebruik van kennis van zowel de Caribische Rampenorganisatie als haar eigen ervaringen om het grote programma op te starten.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!