De jeugdvertegenwoordiger Samir Gobind is niet te spreken over de afkondiging van de Organisatie van Bus- en Boothouders in Suriname (OBS) betreffende het lamleggen van het schoolvervoer in de eerste week van januari 2018. Gobind merkt op dat er in de afgelopen perioden ieder keer een staking of overmachtssituatie zich heeft voorgedaan om de rechtmatige uitbetaling op te eisen. “Het schooljaar is 3 maanden geleden begonnen met 2 onderwijsonderbrekingen. En nu is een derde staking al aangekondigd. Ik kan me niet meer heugen wanneer een schooljaar zonder stagnatie is verlopen”, beweert Gobind in gesprek met Dagblad Suriname. De afhankelijkheid van leerlingen en leraren voor het schoolvervoer is enorm en heeft derhalve desastreuse gevolgen bij dergelijke stakingen.
De jeugdparlementariër vraagt zich af hoe dit soort zaken zich nog kunnen voordoen aangezien de autoriteiten, in het bijzonder de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, meerdere malen concreet heeft meegedeeld dat het allerergste al voorbij is. “En toch zien we dat er mensen zijn die aan het einde van de maand hun salaris niet kunnen krijgen. Als de regering achteraf beseft dat het allerergste niet voorbij is, waarom beloven ze dan een loonsverhoging die telkens uitgesteld wordt?” Doordat er tussen OBS en de overheid een overeenkomst is gesloten, dient dit ten uitvoer gebracht te worden op het overeengekomen tijdstip. Bij het uitstellen hiervan is er sprake van wanprestatie. “Op grond van artikel 1359 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek dient de regering de overeenkomst sinds augustus 2017 te goeder trouw uit te voeren.”
Het siert een regering niet om de oorzaak te zijn van calamiteiten binnen het onderwijs, dat overigens de voornaamste bron voor ontwikkeling en vooruitgang vormt. Naar zeggen van Gobind is het kwaad nog niet geschied. “OBS doet niet aan wilde stakingen; zij hebben de overheid tijdig gemeld dat ze hun beloofde loonsverhoging uiterlijk 31 december tegemoet willen zien. Nu moet de overheid ingrijpen en haar afspraken nakomen, als zij het daadwerkelijk meent met de jongeren”, voegt de jeugdvertegenwoordiger aan toe.
KSR
