Is Caricom serieus?

Ten aanzien van de agrarische productie zijn er interessante mededelingen gedaan in de helaas afgelopen week. We hadden eerder opmerkingen gemaakt over de barrières die worden opgelegd aan Surinaamse producenten om doksenvlees op Trinidad af te zetten. Nu is er een bericht dat Surinaamse garnalen niet op de Guyanese markt mogen worden afgezet, om een reden die niet duidelijk is. Eerder waren er problemen over onze rijst en boter. Dit laatste probleem schijnt wel al te zijn opgelost. De vraag is waarom wij steeds problemen ondervinden om onze producten op de Caribische markten af te zetten. De vraag rijst zeker wat voor zin het heeft om lid te zijn van de Caricom als op de gemeenschappelijke markt wij onze producten niet kunnen afzetten. Suriname is al lange tij gezien als een land dat importeert uit het Caribisch gebied en niets afzet. De enige schaarse dingen die we willen afzetten, lopen stagnatie op. Er is binnen de Caricom een speciaal mechanisme om klachten in te dienen. Ook kunnen wij reageren door producten van de landen die moeilijk doen zonder gegronde redenen, van onze markt te weren. Zo zien we teveel luxe goederen die helemaal niet nodig zijn uit Trinidad in onze winkels. Er zijn burgers die bewust producten uit Trinidad laten staan, omdat zij discrimineren tegen onze producten. Binnen het Caribisch gebied zijn Suriname en Guyana de twee landen die de natuurlijke hulpbronnen in overvloed hebben om aan landbouw te kunnen doen. Deze voordelen zullen kennelijk niet veel opleveren in de Caribbean, omdat er grote obstakels zijn. De handelsbarrières die er nog steeds bestaan, soms zelfs in de wetgeving, moeten serieus genomen worden door de Surinaamse regering. Er moet op het niveau van de staatshoofden aandacht aan deze zaak worden besteed. Het ministerie van Buza c.q. HI moeten ook nu een statement maken in welke mate wij Caricom nog serieus moeten nemen en of Caricom zichzelf ook nog serieus neemt. Waarom bestaat de Caricom nog en heeft het zin om deze organisatie voort te zetten? Het is bekend binnen de Caricom dat politici teveel praten en weinig doen. Vooral op bijeenkomsten van de landen wordt er veel gesproken en dan is passie te merken. Deze passie en sympathie koelt af als de heren en dames politici weer thuis zijn. Dan is iedereen weer met zijn eigen toko bezig. Suriname moet wat gaan doen aan het meel dat wij moeten betrekken uit de Caribbean. Het levert waardeloos brood op dat alleen door de nepbakker zonder morren wordt geaccepteerd. Het Surinaamse brood is zwaar gedegradeerd en niet echt. Het Surinaamse brood is een aanfluiting en is al zijn waardigheid kwijt, door waardeloos meel dat aan de Surinaamse bakkers is opgedrongen. Suriname moet afstand doen van het Caribische meel en weer overstappen op echt meel waarmee echt brood valt te bakken. Suriname moet op de eerstvolgende ministeriele meeting aangeven dat het meel uit een of ander Caribisch land waardeloos is. De bakkersvereniging moet weer een statement maken en protesteren dat het tegen de codes van het bakkersvak is om brood te maken van zo een waardeloos spul. De vraag rijst waarom Trinidad binnen de Caricom zo onbeschoft en tegen de regels mag gedragen tegen Suriname. De regels van reciprociteit moeten worden toegepast. Laten we geen lid zijn van de Caricom voor de vorm, we hebben er niets aan. We studeren niet eens aan dezelfde universiteiten en hebben heel weinig met elkaar gemeen. De indruk bestaat dat de grotere Unasur ons serieuzer neemt dan de kleine niets betekenende Caricom, die meer een vriendenclub is. Binnen de Unasur is het Nederlands een officiële werktaal. Een Trinidadiaans bedrijf heeft eens gedreigd Suriname naar het Caribisch gerechtshof te slepen, toen wij geprobeerd hadden om echt meel van elders te halen. De Surinaamse bedrijven die hun producten niet op de Caribische landen kunnen brengen door onbeschaafd gedrag van de betreffende landen, moeten ook een rechtszaak aanhangig maken. Deze houding binnen de Caricom maakt dat onze producenten moeten uitkijken naar andere veel verder gelegen markten, omdat Suriname binnen de Caricom wordt gepest. Het heeft allemaal te maken met een inactieve en verziekte diplomatieke dienst. De ambassades in de landen hebben een taak om deze zaken in het land namens de Surinaamse ondernemers te bespreken. We merken niet dat deze gesprekken plaatsvinden. De ondernemers moeten de Surinaamse regering nu wel onder druk zetten, zodat zij pleit voor hun zaak. Het lidmaatschap binnen de Caricom moet goed onder de loep worden genomen, zodat wij onszelf niet voor de gek houden.

error: Kopiëren mag niet!