Meer erkenning onbetaald werk vrouwen

Naar aanleiding van recente berichten van de ILO en het IMF is er een pleidooi gehouden voor meer erkenning van rechten van werkende vrouwen en meer erkenning voor hun onbetaalde werk. Dit laatste moet rechtvaardiger worden verdeeld tussen mannen en vrouwen. Er zijn veel berichten verschenen de laatste tijd waarin de progressie van de Surinaamse vrouw is beschreven op het gebied van de professionele participatie van de vrouw. Het aantal vrouwelijke ministers is toegenomen en eerder had de toename van het aantal DNA-leden een positieve invloed gehad op de ‘gender pay gap index’ vooral op het gebied van de participatie van de vrouw op de arbeidsmarkt. Recent is door de VN benadrukt het onbetaalde werk dat door vrouwen wordt verricht en niet wordt meegerekend in de productiviteitscijfers en in de economische parameters. Het blijkt dat vrouwen veel meer dan mannen betrokken zijn in onbetaald werk. Wanneer onbetaald werk van vrouwen wordt meegenomen, dan zou het ook in Suriname kunnen betekenen dat vrouwen langer werken en minder uitrusten dan mannen. Desondanks is de gemiddelde levensverwachting van vrouwen hoger dan die van de mannen. Dat kan te maken hebben met het feit dat de mannen in hun vrije tijd meer ruimte krijgen om ongezonde bezigheden eropna te houden. Vrouwen over de hele wereld werken gemiddeld vier jaar meer dan mannen. Dat is dus bekeken tegen de hele leeftijd in termen van levensverwachting. Hierbij wordt gekeken naar betaald en onbetaald werk, zoals het huishouden. Vorig jaar was dit al gebleken uit een rapport van de ngo ActionAid die hieromtrent een lezing hield bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Het verschil tussen de tijd besteed aan werk tussen man en vrouw verschilt per land. Zo werkt een vrouw uit bijvoorbeeld Engeland 2,5 jaar meer dan een man. Ook is gebleken dat een vrouw, met een levensverwachting van 69 jaar, gemiddeld 23 werkjaren aan onbetaald werk doet. De VN streeft ernaar dat vrouwen minder vaak gedwongen worden om onbetaald werk te doen. Dit zou als gevolg kunnen hebben dat vrouwen minder invloed hebben op politiek, vrije tijd en het genereren van meer inkomsten. Dat kan ook een verklaring zijn van de situatie in Suriname. Er wordt internationaal ervoor gepleit dat onbetaald werk door zowel vrouwen als mannen bestreden moet worden. Dit komt mede doordat het opvoeden van kinderen ook belangrijk is. Deze discriminerende en onbetaalde genderrol werd laatst benadrukt in het bekende lied ‘Sopolopo/Sopropo’. Daarin werd bezongen dat de rol van de vrouw is om te koken en voor de kinderen en de mannen te zorgen. De ngo’s in Suriname zijn niet over de tekst van dit lied gevallen, de vrouwen van de genderbeweging hebben kennelijk wel niet gezellig gedanst op de dansbare gezellige tonen van het populaire nummer, of toch wel? Het is een algemeen bekend feit dat de vrouw te weinig gerespecteerd wordt in het belangrijke werk dat ze verkiest om te doen en dat er meer balans moet komen in het werkleven van de man en vrouw. In Suriname moeten daarom de rechten van de werknemers met een gezinsverantwoordelijkheid beter tot hun recht komen. Er moet hieromtrent een discussie volgen in DNA, en moet er wetgeving op dit gebied worden aangenomen. Deze wetgeving zal uiteindelijk maken dat er een meer gebalanceerde verdeling komt in de genderrollen en in onbetaald werk. In Suriname moet de man meer in huishoudelijk verband gaan bijdragen aan onbetaald werk. Hoe hoger het percentage eenoudergezinnen zal zijn, dus hoe hoger het aantal mannen dat afstand neemt van gezinsverantwoordelijkheden, hoe groter het aandeel zal zijn van de vrouwen in onbetaald en meestal ook ondergewaardeerd werk en vrijetijdsbesteding. De sociale doelstellingen van de Staat zijn gericht op o.a. het garanderen van de deelname van de samenleving aan het politieke leven onder andere door nationale, regionale en sectorale participatie zegt de grondwet. De Staat draagt zorg voor het scheppen van omstandigheden, waardoor een optimale bevrediging van de basisbehoeften aan het werk. Arbeid is het belangrijkste middel voor de ontplooiing van de mens en een belangrijke bron van welvaart. Onder de mens vallen zowel mannen als vrouwen. Onder arbeid wordt meestal begrepen betaalde arbeid. Vrouwen moeten meer kansen krijgen, zonder dat kinderen en ouderen worden verwaarloosd, om betaald werk te doen en meer te participeren en zelfvertrouwen te hebben, waardoor sterkere burgers worden voortgebracht. De grondwet zegt verder dat een ieder het recht heeft op werk, in overeenstemming met zijn capaciteit. Een ieder heeft het recht van vrije keuze van beroep en werk, behoudens bepalingen, opgelegd bij wet. De grondwet van Suriname gaat uit van een participatie van de vrouw als volwaardige burger. De grondwet zegt immers dat het de plicht van de Staat is om het recht op werk zoveel mogelijk te waarborgen door gelijkheid van kansen bij de keuze van beroep en het soort werk te garanderen, alsmede te verbieden dat toegang tot enige functie of beroep wordt verhinderd of beperkt op grond van iemands geslacht. Alle werknemers zijn, ongeacht geslacht, gerechtigd tot voldoende rust en ontspanning. Vrouwelijke werknemers hebben hierop dus ook recht volgens de grondwet. Vrouwen hebben ook recht op beloning voor hun werk naar gelang van hoeveelheid, aard, kwaliteit en ervaring op basis van het beginsel van gelijk loon, voor gelijke arbeid. Ze hebben ook recht op het verrichten van hun taak onder menswaardige omstandigheden, ten einde zelfontplooiing mogelijk te maken. Vrouwen hebben ook recht op veilige en gezonde arbeidsomstandigheden, waarbij zeker gelet moet worden op hun reproductieve rol.

error: Kopiëren mag niet!