Dronken autobestuurder krijgt 6 maanden voorwaardelijk

Radjeswar M. krijgt een voorwaardelijke celstraf van 6 maanden opgelegd. Hij mag zich binnen de proeftijd van 3 jaren aan geen enkel strafbaar feit schuldig maken. Deze veroordeelde heeft op 10 juni 2015 een aanrijding veroorzaakt aan de Kwattaweg. Hij heeft het rechtdoorgaand verkeer van een bromfietser doorkruist. Als gevolg van deze aanrijding kwam de bromfietser te vallen. Hij liep een kaakfractuur op en ook een fractuur aan zijn pink. Volgens verklaring van de autobestuurder maakte hij een afslag om in een winkelinrit te gaan. Bij deze manoeuvre heeft hij de brommer aangereden. De bestuurder geeft toe dat hij op dat moment onder invloed van alcohol verkeerde. Het slachtoffer was als gevolg van de opgelopen blessure voor 6 dagen in het ziekenhuis opgenomen. De officier van justitie, Manro Danning, eiste tegen de verdachten een celstraf van 6 maanden geheel voorwaardelijk met daarnaast een proeftijd van 3 jaar. Ook werd gevraagd om hem voor een tijd van 12 maanden te verbieden een voertuig te besturen. Er was hier immers sprake van zwaar lichamelijk letsel.
Advocaat Chandra Algoe betoogde dat haar cliënt nimmer heeft ontkend dat hij onder invloed heeft gereden. Zij was het niet eens met de conclusie dat er sprake is geweest van zwaar lichamelijke letsels. Zij legde uit dat slechts in gevallen waar er een genezingsduur is bepaald van meer dan 4 weken of bij voortdurende arbeidsongeschiktheid er sprake is van zwaar lichamelijk letsel. De deskundige heeft 2 weken als genezingsduur vermeld op het visum. Op grond van deze aangehaalde verweren verzocht de raadsvrouw om de verdachte te willen vrij speken met betrekking tot dit feit. Met betrekking tot de dronkenschap refereerde de advocaat aan het oordeel van de rechter, aangezien de verdachte zelf aangaf onder invloed te zijn geweest.
Rechter Danielle Karamatali achtte zwaar lichamelijk letsel wettig en overtuigend bewezen. Als bewijsmiddel gebruikte zij de verklaring van de benadeelde die hij op de zitting heeft afgelegd. Hij ondervindt nog steeds last c.q. pijn bij het kauwen. Dit is volgens de rechter een reden om de verdachte dit feit te verwijten. De magistraat nam de strafeis van de vervolging mee. Vanwege het feit dat het rijbewijs in januari van dit jaar aan de verdachte is teruggegeven, heeft de rechter geen invordering daarvan meer opgelegd. Het rijbewijs was in januari 2016 teruggegeven op verzoek van de advocaat.
Saskia Bandhan

error: Kopiëren mag niet!