Waar zijn onze strijders en hoe verder?

Wij Surinamers zijn heel vredelievend, we hebben altijd begrip voor allerlei situaties en scenario’s en we zijn bereid de nodige offers te brengen. Nu de situatie heel nijpend is, is het heel jammer dat onze vakbondsleiders en kritische politici haast niets van zich laten horen. Alhoewel de overheid veel bevoegdheden heeft, dient zij tóch rekening te houden met de wensen, grieven en belangen van de burgers. Het is trouwens de taak van de regering om de gedane beloften tijdens de verkiezingscampagnes na te leven en zich goed van hun taken te kwijten. De podiumtaal die overigens alleen maar bedoeld is om politieke winst te behalen en om eigen behoud, moet uiteindelijk plaats maken voor daden. Dit is in 1975 heel fataal en ook de oorzaak geweest, dat een groot deel van de Surinaamse bevolking, vooral uit angst en vrees voor dictatuur etc. naar Nederland is vertrokken.
De regering heeft mandaat van het volk gehad om het land goed en naar eer en geweten te besturen en het land voor de totale gemeenschap leefbaar te maken.
Indien zij gefaald heeft en als blijkt dat het niet lukt om het land naar behoren te besturen, dan heeft het volk/electoraat het recht om het gegeven mandaat in te trekken!
Het is internationaal bekend: als het volk heeft gesproken, dan zwijgt de grondwet; het blijft in feite stationair; aangezien in elk democratisch land het volk boven de Grondwet staat.
Hoe verder?
Het is nu de hoogste tijd om hard te werken aan de kwakkelende economie en het weer boven water te helpen. Dit, om elke Surinamer gelijke kansen te geven en hun een beter en betaalbaar bestand te bieden. De machthebbers moeten geen populistische maatregelen treffen om de gemeenschap in de maling te nemen. De budgettaire problemen, die veelal een monetair probleem is geworden, dient gematigd te worden. Kritiek moet er zijn en dat leidt tot betere successen!
Het is enerzijds te betreuren, dat het volk steen en been klaagt, en daar blijft het bij. Zij durft niet echt op te komen voor hun belangen. Tijdens de protestacties en de actie van het eenmansprotest “Wij zijn moe” komt slechts een handjevol mensen opdagen. Waar blijven onze vakbondsleiders en vooral politici die steeds hoog van de toren blazen? Denk aan de moedige leiders, zoals Cyril Daal, Fred Derby, Eddy Bruma, Louis Doedel, Anton de Kom e.a. En aan de grote stakingen van 1969 de val van Johan Adolf Pengel (NPS / Actiegroep), 1973 de val van Jules Sedney (VHP / PNP) en aan 1982 o.l.v. Cyril Daal (Moederbond) tijdens het militaire regime o.l.v. D.D. Bouterse en Roy Horb.
Henk Herrenberg heeft ook in 1973 tijdens de VHP/PNP-regering samen met andere leiders acties gevoerd. Nu zit hij aan de andere zijde, evenals Ronald Hooghart (CLO), die tijdens Jules Wijdenbosch harde acties heeft gevoerd en thans in alle talen zwijgt en zich bewust in de achterste rij ophoudt.
Het Surinaamse volk moet niet meer vrezen voor dictatuur en chantage, want de tijd van 1980 en 1982 is voorbij. Is men soms huiverig voor eigen behoud/belang en voor eigen positie? Wij zijn niet vóór democratische acties, die geweldloos verlopen, maar we zijn tegen de huidige economische malaise, nepotisme (familie- en vriendjespolitiek), corruptie en belangenverstrengeling. De kiezers belonen de regering voor goede economische aanpak en uitkomsten en ze straffen hun ook af voor het omgekeerde! Op een bepaald moment houdt ook het Engelengeduld op. Laten we dan ook hopen op een betaalbaar- en leefbaar Suriname!
Roy Harpal

error: Kopiëren mag niet!