De prijs van Olie

Al geruime tijd is de wereldmarktprijs van olie aan het kelderen. Wereldwijd zijn olie bedrijven maar ook service bedrijven hun budgeten aan het inkrimpen, dusdanig om nog de deuren open te kunnen houden. Sedert de keldering van de olieprijs zijn er allerlei voorspellingen gedaan over het keren van het tij. Echter, de realiteit leert dat de olieprijs nog meer aan het dalen is. Hoe ver de olieprijs zal dalen, weten we niet en ook niet hoe lang deze daling nog zal aanhouden. Wie anders beweert is zich niet goed bewust van de achterliggende gronden van de lage olieprijs en de werking van de olieprijs bepalende mechanismen.
De olieprijs is sinds de opkomst van de oil-futures markt, niet meer puur een aangelegenheid van vraag en aanbod. De prijs wordt vandaag de dag vrijwel geheel bepaald door de verwachtingen over olie-productie en – consumptie.
Hieronder volgen aantal redenen die deze verwachtingen thans sterk beïnvloeden:
1. Iran is terug
Ondanks zware boetes die door de Amerikaanse autoriteiten zijn opgelegd tegen iedereen die de handel op enigerlei wijze met Iran aangaat, is dat land er steeds in geslaagd om zijn olieproductie te blijven handhaven. Sancties tegen Iran hebben verschillende vormen aangenomen sinds in de jaren tachtig de religieuze fundamentalisten de Westen-vriendelijke Sjah van Iran verdreven. De sancties zijn zodanig opgevoerd in 2012, waarbij Iran een olie-embargo kreeg, aangezien het land niet tot overeenstemming kon komen met het IAEA over de uitvoering van haar nucleaire programma.
Aan het begin van april 2015 is er met Iran overeenstemming bereikt over haar nucleaire programma, wat erin geresulteerd heeft dat de sancties opgeheven zijn. Iran mag dus weer op de internationale markt haar olie verhandelen. Een directe impact op de olieprijs kan het land realiseren door haar opgeslagen voorraad van 35 milloen vaten op de markt te brengen. Bijan Namdar Zangeneh, de Iraanse minister van Olie, beweert dat het land makkelijk binnen enkele maanden de productie met 1 miljoen vaten per dag kan verhogen. Dat betekent dat er nog meer olie op de markt kan komen, waarvan sommige analisten beweren dat de prijs ver beneden de U$ 20 per vat zou kunnen belanden. Iran’s productieniveaus waren op 4 miljoen vaten per dag in 2011, kort voor het olie embargo. Hun vermogen om terug te keren naar de voormalige productie niveaus kan ook worden geblokkeerd door de OPEC, waarvan Iran lid is. Desalniettemin zal de terugkeer van Iran het overaanbod niet verminderen en dus zullen de prijzen verder dalen.
2. “Fracking” gaat niet weg
Velen geloven dat de daling van de olieprijzen in 2014 specifiek werd ingezet door Saudi-Arabië om de Amerikaanse olieproductie, die dankzij fracking technologie een tweede jeugd beleeft, uit te schakelen. Analisten schatten dat zware opstartkosten en financieringsbehoefte het break-even punt van een fracking boorplatform rond een prijs van U$ 70 per vat van ruwe olie brengt. Velen zagen de daling van de prijs van ruwe olie naar U$ 60 en vervolgens naar de U$ 50 als een markante factor.
En inderdaad is het aantal boorplatformen en de productie flink gedaald. Echter, door vooruitgang van de technologie en de flexibiliteit van producenten, heeft deze daling in boorplatformen niet tot een productiedaling geleid. In oktober 2014, produceerde de Verenigde Staten iets minder dan 9 miljoen vaten per dag met ca 1600 boorplatformen. In april 2015, was dat gestegen tot net onder de 9,5 miljoen vaten per dag. Een productie die gehaald werd met 747 platformen. Hier komt nog bij dat recent het Amerikaanse congres het verbod op de export van olie heeft opgeheven. De grootste importeur van olie wordt daarmee een olie exporteur!
3. Houding van de OPEC
Vorige olie prijsdalingen zijn scherp bevochten door OPEC, het kartel van olieproducerende landen, voornamelijk gericht op producenten uit het Midden-Oosten. Wanneer de olieprijs daalde, gaf OPEC de instructie aan haar leden om hun productie te verlagen om een prijsstijging te forceren. Dit OPEC effect op de prijs is echter de afgelopen jaren steeds verder afgenomen. Landen binnen de OPEC, zoals Saoedi Arabië, vinden dat de prijsstijging die teweeggebracht wordt door productievermindering, niet voor een omzetstijging zorgt maar zelfs een daling: de stijging van de prijs compenseert de verliezen door een lagere productie niet meer.
4. Toenemende productie van Rusland
Rusland heeft zich sinds de val van het ijzeren gordijn, ontwikkeld tot een grote olieproducent. Het land is geen lid van OPEC en bepaald dus haar eigen productiegrootte. Ook zij is de mening toegedaan dat productieverlaging niet zorgt voor grotere inkomsten. Bovendien kan zij met een productiedaling de markt beïnvloeden, maar als b.v. OPEC niet meegaat, betaald zij de prijs terwijl de rest van de producenten alleen maar wint.
5. Afnemende onrust in het midden oosten
Het lijkt erop alsof de oliemarkt immuun is geworden voor onrusten in het midden oosten. Dit komt waarschijnlijk omdat de grote dalingen in de wereldolieproductie die verwacht werden, na de invallen in Irak en de chaotische toestand in Libie, niet zijn gekomen. Hoewel de olie uit deze landen op een gegeven moment helemaal was komen weg te vallen (Irak levert al jaren weer maar Libie is vrijwel geheel verdwenen), is dit verlies makkelijk gecompenseerd door de andere producenten. De politiek bestuurlijke situatie in Libie lijkt langzaam maar zeker te stabiliseren en dit land zal dan weer gaan produceren. Met als gevolg, nog meer aanbod.
6. Verminderde economische groei
Economische groei wordt door de oliemarkt vertaald met toenemende olieconsumptie en resulteert dus in een hogere prijs. De wereldeconomische groei heeft zich sinds de laatste grote crisis nooit hersteld tot het niveau van daarvoor. Er zijn thans tekenen dat de groei aan het afnemen is. Ook de euforie die er jarenlang heerste over de economische groei van de zg. BRIC landen is verdwenen. De groei van China vertoond een dalende trend en Brazilië leunt zelfs tegen een recessie aan.
7. Technologische vooruitgang
Energie-efficiëntie en investeringen in hernieuwbare energie, zoals zonne-energie, heeft permanent de vraag naar olie verminderd het grootste deel van de ontwikkelde wereld. Deze ontwikkeling is zich ook aan het voltrekken in de minder rijkere landen en er zijn technologische voorspellingen dat dit slechts het begin is van wat er haalbaar is aan hernieuwbare energie.
Conclusie
De belangrijkste olieproducenten hebben niets gedaan om de productie sinds oktober 2014 tegen te gaan, en het is niet waarschijnlijk dat ze op kort termijn de productie zullen verminderen. De vooruitzichten op nieuwe oude grote producenten zetten de prijsverwachting ook niet onder positieve druk. Hoewel het altijd speculatie blijft over de marktprijs van olie, mag het evident zijn dat een nog lagere prijs eerder te verwachten is dan aanzienlijke prijsstijgingen.
Vereniging van Mijnbouwkundigen en Geologen in Suriname

error: Kopiëren mag niet!