Uitspraak zaak brandstichting Wintiwai in maart

Kantonrechter Sieglien Wijnhard besliste gisteren dat zij op 5 maart 2015 vonnis zal vellen in de strafzaak waarbij drie verdachten terecht staan voor brandstichting in een appartementencomplex aan de Toemak Hoemakstraat te Wintiwai op 10 januari 2014. In deze zaak staan Chequita L., Deborah A. en Darvind E. terecht. In totaal zijn er zeven woningen afgebrand. Openbare aanklager Astrid Niamat heeft eerder celstraffen gevorderd. Tegen Darvind kwam zij tot het wettig en overtuigend bewijs dat hij alleen de brand zou hebben gesticht. Deborah zou de brandstichting hebben uitgelokt. De strafeis tegen Darvind was achttien maanden, terwijl tegen Deborah een celstraf van twee jaar is voorgesteld. Tegen Chequita is er onvoldoende bewijs geleverd. Niamat vorderde daarom vrijspraak voor haar. De voorlopige hechtenis van Deborah en Chequita is eerder opgeschort, maar eerstgenoemde verscheen gisteren niet op de strafzitting.
Darvind E. verklaarde eerder dat hij in eerste instantie door Chequita was benaderd om de ramen van één van de woningen op het complex in te slaan. Daarna moest hij hetzelfde doen bij een andere woning op hetzelfde complex. Tenslotte werd hij gebeld en moest hij deze keer de woning in brand steken. Achteraf gaf hij aan dat Deborah het was. Zijn verklaringen waren tegenstrijdig. Deborah nam hem mee naar de winkel en zij kocht de benodigde spullen, waaronder terpentine. Ook kreeg hij een stok van haar en een doekje waarmee hij de brand kon stichten. Hij gooide de brandende stok via het raam naar binnen. Na deze handeling vertrok hij. De twee vrouwen, Chequita en Deborah, zouden de achttienjarige Darvind SRD 50 hebben betaald om het pand in brand te steken. Hij zou SRD 25 aan de zestienjarige Busta hebben afgestaan. Busta gaf in de rechtszaal aan dat Darvind degene was die hem had gevraagd om een ‘feit te klaren’. Toen hij weigerde, zei Darvind dat Busta ‘een sufferd’ was. Uiteindelijk deed hij toch mee.
FR

error: Kopiëren mag niet!