Het recht op godslaster

Het recht van meningsuiting houdt ook in het recht op godslaster. Daarvan gaat het overgebleven deel van de redactie van het Franse satireblad Charlie Hebdo uit, wanneer men op de woensdag na de moorden verschijnt met de volgende editie met een plaat van een bebaarde man, die de heilige profeet van de moslims moet voorstellen. Een kwart van de Fransen belijdt het Islamitische geloof en de verwachting is dat het percentage in de komende decennia alleen maar zal stijgen. Er is een dreigende islamisering van Frankrijk op komst. Men zal de nakomelingen van de immigranten steeds meer als volwaardige staatsburgers moeten accepteren, ook in de politiek en in het landsbestuur. Je suis Charlie, daarmee getuigde de hele wereld sympathie en medeleven voor de moorden die door een aantal Franse moslims is gepleegd op redactieleden van het blad Charlie Hebdo. Charlie Hebdo is een satirisch weekblad, zo een blad hebben wij niet in Suriname. Satire wordt als vak ook niet als zodanig beoefend in Suriname. Satire en kritiek gaan hand in hand, ook politieke of maatschappelijk kritiek. Daarbij maakt men meestal in landen met sterke democratische waarden gebruik van de uiterste grenzen van het toelaatbare. Men leunt heel vaak tegen smaad en laster en belediging. De democratie vereist een democratisch ingestelde mens, burgers die er vrede mee hebben dat er mensen zijn die er anders uitzien en religieus/cultureel verschillend zijn. Charlie Hebdo had een normale oplage van 60.000, binnen een week ging het blad naar een oplage van 3 miljoen tot zelfs 5 miljoen. Gisteren was het blad binnen de kortste keren uitverkocht en dat was wereldnieuws. Het blad wordt nu meertalig en er verschijnen ook online-versies. Wat ook wereldnieuws haalde, was de plaat op de voorkant van het blad: een man die de profeet van de moslims moet voorstellen. Hij draagt het opschrift ‘Je suis Charlie’ oftewel ‘Ik ben Charlie’. Op het voorblad staat het opschrift ‘Alles is vergeven’. De profeet heeft levensgrote ogen als die van een psychopaat waar je enorm van schrikt, hij heeft een uiterst lange neus en dikke lippen met een baard en tulband. De profeet laat een traan vallen en is niet blij op de plaat. Het voorblad is groen, een kleur waarmee Islamitische bewegingen zich vaak associëren. De moordenaars die Charlie-redactieleden afmaakten, schreeuwden dat hun daad een wraakactie was tegen denigrerende cartoons over de Islam. Dat doe je pas wanneer je je weg in het land niet kan vinden en zit met een minderwaardigheidscomplex. In 2006 was Charlie Hebdo één van de tijdschriften in Europa die de spotprenten van de profeet opnieuw publiceerden. Deze prenten (12 cartoons) hadden eerder in het Deense blad Jyllands-Posten voor veel controverse gezorgd. De Franse president Jacques Chirac veroordeelde deze actie van het Franse blad als ‘manifeste provocatie’. De spotprenten zorgden voor opstanden. Op 1 maart 2006 werd, als reactie op de opstanden, een manifest van 12 schrijvers gepubliceerd, dat waarschuwde tegen het opkomende ‘Islamisme’ in Frankrijk. Op 15 maart 2006 organiseerde het Franse ministerie van Cultuur een speciale zitting, waarop verschillende karikaturisten van Charlie Hebdo geëerd werden als verdedigers van de persvrijheid en de democratie. Als ondersteuning om door te gaan op de ingeslagen weg heeft het blad nu een donatie van 1 miljoen Euro van de Franse regering ontvangen. Charlie Hebdo verschijnt in zijn huidige vorm sinds 1992. Het tijdschrift is reclameloos en bevat uitsluitend cartoons en tekst, geen foto’s. Hara-Kiri (de Japanse praktijk van eerzelfmoord) was de naam van de voorloper van dit blad in 1960. Eind jaren 60 werd het blad vernoemd naar de inmiddels overleden Franse president Charles De Gaulle en de stripfiguur Charlie Brown. Hebdo is een afkorting van het Franse begrip hebdomadaire, dat ‘wekelijks’ betekent. De traditie van het tijdschrift is libertijns: de humor is altijd bijtend, hard en cynisch, en de politieke oriëntatie neigt uitgesproken naar links, zegt een online bron. De politieke lijn werd nog scherper onder de laatste redacteur, gekenmerkt door bittere aanvallen op het kapitalisme, en in recente jaren op het islamisme. Desalniettemin worden ook de linkse partijen niet gespaard. Bovenal is Charlie Hebdo (Frans) republikeins: ze verdedigt de vrijheid van het collectief en het individu, en laat ook op de redactie verschillende meningen toe. Volgens Charlie Hebdo vergoelijkt het islamisme het antisemitisme, en vormt het daardoor een verwerpelijke racistische stroming. Charlie Hebdo gaat nu uit van een recht op godslaster als onderdeel van het recht op vrije meningsuiting. Godslaster is letterlijk het kwaadspreken van iemands god of van aan de goden gewijde zaken. Dit kan het bespotten van een god of opperwezen zijn of van godsdienstige tradities. Volgens politici is satire onderdeel van de Franse geschiedenis. Een satire is een kunstvorm, waarbij vaak op humoristische wijze maatschappijkritiek wordt gegeven. De kritiek kan geleverd worden via onder andere karikaturen. De doelwitten kunnen personen, politici, tradities, religie, kunstenaars, entertainers, media, normen, waarden en trends zijn. Niet alle satire is uitsluitend humoristisch bedoeld. Sommige satires zijn zo agressief en scherp dat ze vooral willen provoceren of tot actie aanzetten. Hierom zijn door de geschiedenis heen veel satirici vervolgd. In Suriname wordt godslastering op de openbare weg of in het openbaar strafbaar gesteld in het Wetboek van Strafrecht. Satire heeft in Suriname op heel bescheiden niveau voorgekomen. Dagbladen hebben karikaturen die niet te vergelijken zijn met die van Charlie Hebdo. Het zal tijd vergen, maar ooit zal een vreedzame middenweg ontstaan tussen de vrijheid van meningsuiting, satire en de vrijheid van godsdienst. Moslims moeten op inventieve wijze hun weg moeten vinden in Europa via onder andere onderwijs en politiek. Aan de andere kant zal begrip moeten worden opgebracht voor de opkomende Islam in Europa.

error: Kopiëren mag niet!