SVB, goed gedaan

Het beladen duel tussen de SVB-selectie en de Trinidadiaanse W Connection is een historisch experiment dat met recht als ‘zeer geslaagd’ mag worden bestempeld. De SVB wordt aangemoedigd om op de ingeslagen weg voort te gaan. Het voormalige Surinamestadion (nu: Andre Kamperveenstadion) was in de eerste helft van de vorige eeuw tot eind jaren ’70 heel vaak totaal uitverkocht. In de 80’er jaren kwam en kentering totdat in de jaren ’90 en de jaren in het nieuwe millennium het lege stadion het algemene beeld werd. Toen in verband met de Parbo Cup begonnen werd met het halen van Nederlandse clubs om hier te overwinteren kwam een opleving, maar de wijze waarop het stadion propvol was op vrijdag, zo vol werd het niet. Het is de SVB gelukt om de sceptici de mond te snoeren. Met een selectie waarin niet de allergrootste jongens zaten die ambitie hebben om voor Natio te spelen, is alleen een voorproef gegeven van hoe mooi en natiebindend het proces kan zijn welke door de SVB is ingezet. De SVB kon niet beschikken over de grote jongens uit de groep van voorlopig 106 professionals, omdat het hier geen officiële Fifa-wedstrijd betrof en men daardoor geen ‘verlof’ kon krijgen van de werkgever. Officieel kan het pas worden wanneer men de dubbele nationaliteit heeft en Suriname Fifa-wedstrijden speelt zoals WK-kwalificatiewedstrijden regionale bondswedstrijden en oefenwedstrijden die aan zekere voorwaarden voldoen. Wat we vrijdag voorgeschoteld kregen, was een heel mooie technische wedstrijd met tactische degelijkheid die we nog op de Surinaamse velden moeten kweken. Het professionele voetbal in Nederland en de andere Europese landen verschilt hemelsbreed met het amateurvoetbal waarmee we hier bezig zijn bij bijvoorbeeld de kampioen IMT. Het begint met anders denken en anders lopen. Al toen de selectie zijn intrede maakte op het veld om zich op te warmen, dropen discipline, orde, fitheid en focus ervan af. Dat alles gaf opeens – voor de wedstrijd begon – al weer waardigheid aan de SVB-selectie en indirect ook aan het volk, een waardigheid die door de jaren heen zwaar verkwanseld is door ondeskundige SVB-besturen, trainers en kwaadwillige sporters met een superverkeerde instelling. Natio had even weer waardigheid. De tegenstander was een stevig op elkaar ingespeelde vaste groep, een hele poos bij elkaar en met competitie-ervaring samen in de benen. De SVB-selectie is heel kort bij elkaar en het was haar eerste wedstrijd. Bovendien betrof het niet het uiterste elftal uit de poel van 106 professionals. Het lijkt erop dat het onmogelijk zal worden op dit moment voor sporters met een aanvankelijk Surinaamse nationaliteit om zich een plaats te vechten in dit team. Het gevecht in de poel van 106 zal een team op de been brengen dat veelvoudig sterker zal zijn dan dat van vrijdag, dat ons toch vergastte om degelijk voetbal. Suriname had in beide helften, maar vooral in de tweede helft, met georganiseerd voetbal duidelijk overwicht op de Trinidadiaanse profclub. De druk werd op gegeven moment zo groot voor de tegenstanders, dat men bij bosjes begon te liggen op het veld. De wedstrijd was een experiment, maar het was geen wedstrijd waar zware belangen speelden, waardoor het niet nodig was voor de Surinaamse professionals om risico’s te nemen op zware blessures. Ten minste een professional speelde in de achterhoede met een rugblessure. Het SVB-team hoefde niet te winnen, maar moest wel imponeren en dat heeft deze selectie wel ruimschoots gedaan. De ploeg speelde nooit paniekvoetbal en nooit unfair. De ploeg speelde op routine en dat was al een heleboel voor de Trinidadianen. De uitslag na penalty’s is van secundair belang, belangrijker is de wijze waarop het team ons heeft uitgedragen, de wijze en tempo waarop het heeft gespeeld, het technisch niveau gedurende de hele wedstrijd en de omstandigheden waaronder het bij elkaar is. Sowieso is duidelijk dat Natio zoals we dat nu kennen, met de beste bedoelingen en alle gunstigere omstandigheden niet eens op de helft van dit niveau kan komen. Bij deze beoordeling zijn we dan zeer mild geweest tegen ‘onze’ jongens.
Wat er nu moet gebeuren is dat de politiek de kwestie van de dubbele nationaliteit snel in orde moet maken. Eventueel kan een restrictie met betrekking tot het actieve en passieve kiesrecht worden ingebouwd in de wet. WK 2018 is zeker haalbaar voor Suriname en het is geen zonde om die grote hoogte snel te bereiken. Met een Suriname op een WK ontstaat er automatisch meer welvaart en welzijn voor de Surinaamse burger. Nadat de dubbele nationaliteit is ingevoerd, moet de selectie opengelaten worden voor iedereen die ervoor mag worden geselecteerd. Wat er na eerlijke ballotage overblijft – bij beschikbaarheid van alle gegadigden – is zeker WK-materiaal. Onmisbaar daarbij is een technische staf met ruime internationale ervaring als prof en als trainer: Gullit, Rijkaard, Seedorf, Davids, Winter, Vanenburg, Kluivert, Gorre, Ten Cate… de lijst is onbegrensd lang eventueel aangevuld met Surinaamse assistenten. Er is veel sportpotentie in onze genen. Suriname is niet in staat geweest deze genen tijdig en op correcte wijze te ontwikkelen in zijn voordeel. Door het verstrijken van de (leef)tijd is een generatie talent verloren, niet meer bruikbaar voor waardige representatie van Suriname. Het talent blijft geboren worden in Suriname en in de diaspora. In Suriname moeten we de jongens in de U-7 al zwaar gaan begeleiden vooral op gedrag en karakter en zeker ook op technisch vermogen. SVB moet werken aan een tweesporenbeleid. Aan de ene kant via de dubbele nationaliteit de waardigheid van de Surinaamse voetbalsport nationaal en internationaal herwinnen op kort en middenlang termijn waardoor het weer sexy wordt voor het bedrijfsleven en ouders. De vruchten hiervan zijn al over 4 jaar te plukken. Aan de andere kant landelijk werken aan serieuze vorming van een generatie echte voetballers en geen bedelaars. De vruchten hiervan zullen over 16 jaar te plukken zijn. SVB, het was een zeer geslaagd experiment en gaat u voort op de goede weg.

error: Kopiëren mag niet!