Verhoogde alertheid politie niet zichtbaar

Enkele dagen geleden werd door de politie aangekondigd dat de politiedienst in een verhoogde staat van paraatheid zou worden gebracht. De zichtbaarheid van de politie op straat zou worden verhoogd. Daarmee zou worden bewerkstelligd dat preventief zou worden opgetreden tegen het daadwerkelijk plaatsvinden van de criminaliteit en dat de pakkans van daders zou worden verhoogd. In de samenleving ontstond toen de discussie of het wel zinvol was om een verhoogde aanwezigheid op straat zo van tevoren aan te kondigen. Wat wij in elk geval niet hebben gemerkt, is de verhoogde aanwezigheid van de politie op straat. Of misschien is de politie wel aanwezig, maar niet zichtbaar voor de rechtgeaarde burger en alleen voor de criminelen? De politie startte een verhoogde staat van alertheid met ondersteuning van de militairen. Hoe scherper de alertheid en hoe zichtbaarder de aanwezigheid van de wetsdienaren is, hoe veiliger de burger zich gaat voelen. Er zal veel politie op straat en in de buurten te zien zijn, hadden wij verwacht. We gaven aan dat het aan te bevelen is dat de politie de scherpte aanhoudt, vooral in de vroege ochtenduren van 00:00 uur tot 07:00 uur. Veel roofovervallen en inbraken vinden naar het schijnt in deze tijdsperiode plaats. We vroegen ons af hoe lang de politie en de militairen deze staat van alertheid zouden kunnen handhaven. In de districten en de wijken buiten Paramaribo is niets te merken van deze aanwezigheid. De burgerij had vooral na 00:00 uur surveillerende politieagenten op de straten gezien. Wat dat betreft, is er niet veel veranderd. In de randdistricten rijden er nog regelmatig ongure types rustig en regelmatig door de straten en kijkt men verdacht naar huizen om toe te slaan. De politie heeft onlangs een hele hoop auto’s ontvangen en deze kunnen ingezet worden ’s avonds wanneer er de behoefte bij de werkende burgerij is om te gaan slapen. Wat misschien wel mogelijk is, is dat een deel van de niet als politieauto aangeduide auto’s zich in het verkeer mengt en de zaak controleert. Wat evenwel handig zou zijn, is iets als een burgerwacht in de verschillende buurten. Enkele jaren terg was er een golf van privé buurtwachten, zelf georganiseerd door de buurten in samenwerking met bepaalde uitvoeders. Dat lijkt nu minder te zijn geworden, omdat uiteindelijk een deel van de burgerij niet bereid schijnt te zijn om bijvoorbeeld een maandelijkse bijdrage te doen. Wat ook met betrekking tot het veiligheidsgevoel nog minder goed op gang is gekomen, is de onderlinge samenwerking tussen buurtgenoten als het gaat om het waarschuwen van elkaar over verdachte situaties in de buurt. Het komt nog steeds veel voor dat buren elkaar niet melden als ze verdachte auto’s of personen zie lopen of rijden in hun straat. Pas wanneer men elkaar op feesten ontmoet, dan komen de tongen los en komt naar buiten dat in de afgelopen week ongure types zijn gezien en dat de politie is gebeld.
Het schijnt wel dat gewelddadige roven enigszins zijn achterwege gebleven de afgelopen dagen. De minister zit in een moeilijke tijd van komende verkiezingen en het blijft een moeilijke tijd voor hem om bijvoorbeeld preventief controle te hebben op haarden van waaruit criminele activiteiten, zoals gewelddadige roven, worden gepleegd. Het is mogelijk dat preventieve controle in bepaalde gemeenschappen, waar ook bepaalde kiezers zitten, onaangenaam overkomt. De justitieminister in de NF-periode ging door als iemand die iets rigoureuzer omging met de criminaliteit en begrippen hanteerde als ‘zero tolerance’. Door dat beleid op bepaalde stations met een bepaalde doelgroep steeds af te wijzen en af te geven op deze bewindsman, kan de indruk ontstaan dat deze minister toleranter is wat betreft de criminaliteit en minder waarde hecht aan de bestrijding van de criminaliteit, anders dan de preventie. De politie kan minder zaken op te lossen hebben als de burgerij meehelpt in de preventie. Tot op zekere hoogte kan de burgerij weerstanden creëren, die het plegen van gewelddadige misdrijven bemoeilijken. Het is aan te bevelen dat huizen goed worden verlicht, waardoor het zicht van de politie en buren niet wordt belemmerd. Wat dat betreft, gaat de bezuiniging op stroom niet op. In het verlengde hiervan wezen wij ook op de vele bomen en aanplanten die veel burgers op het erf voor en naast het huis hebben. De politie heeft hierover recent een tip gegeven. Veel buren gaan over tot het planten van ‘beschuttende’ planten en het optrekken van hoge schuttingmuren om te voorkomen dat de buurman ziet waarmee men zich bezighoudt. Het punt van de privacy is valide, maar het hoeft niet dat men hoge muren optrekt of struikgewas bij ramen en andere plekken plant. Wanneer criminelen bezig zullen zijn, zullen buren de politie niet kunnen alarmeren en ook zelf niets kunnen ondernemen, benadrukten wij eerder. Een punt blijft dat buurtbewoners in hun buurt betrokken blijven. De overheid en werkgevers in Suriname stimuleren dit niet, niet eens religieuze organisaties doen dat altijd. Preventief moet men dat doen door bijvoorbeeld vrije tijd te besteden aan jeugdactiviteiten. Eerder stelden wij dat men ook moet trachten om daadwerkelijk te wonen in de buurt waar men een woonhuis heeft. Vaak komt het voor dat men alleen thuis komt om te slapen en daadwerkelijk de hele tijd ‘s avonds en in het weekend besteedt in een heel andere buurt. Buurtbewoners moeten actief betrokken zijn in de buurt bij preventie van crime. Met de auto’s die door de politie aangeschaft zijn, moet getracht worden de zichtbare surveillance op te voeren. Daarvan is, ondanks de aankondiging, nog weinig merkbaar.

error: Kopiëren mag niet!