Houtsector kan meer bijdragen

Het Surinaams tropisch regenwoud behoort de meest unieke in de wereld. Ook het Centraal Suriname Natuurreservaat Suriname is tegen de achtergrond van de internationale diplomatie en de economie belangrijk. Daarnaast is nog steeds actueel de beleidskwestie betreffende de rechten van inheemse en tribale volken, waarmee zeker gepaard gaat een verantwoord bosmanagementbeleid. Suriname heeft zich bovendien internationaal gecommitteerd aan een aantal internationale verdragen en afspraken die gericht zijn op behoud van biodiversiteit en uitstoot van broeikasgassen, waarbij dus ook relevant is ons bos. Dit alles maakt dat Suriname bij het uitbuiten van onze bosbouwpotentie normen moet hanteren die uitgaan van uiterste efficiĆ«ntie. Dit betekent dat de schade aan het milieu blijft beperkt en dat de Staat in economisch opzicht het maximale uit deze economische activiteiten haalt om de inkomsten eventueel door te investeren in meer duurzame sectoren. Het is al een tijdje bekend dat ons bos niet veel opbrengt voor de Staat. Met name de houtexporten zijn voor een deel transparant en daaraan is dus zeker gekoppeld de productie van hout, voornamelijk rondhout. De regering heeft maatregelen getroffen om de concessierechten te verhogen van SRD 1.23 naar SRD 20 per hectare. De houtexport is in de afgelopen 5-6 jaar explosief gestegen blijkt uit statistieken. Gaan we uit van het jaar 2007 waar de piek snel stijgt dan was in 2012 al een stijging met 465% wat betreft het volume. De FOB-exportwaarde van het geĆ«xporteerde hout nam toe met 269 %. Het verhaal dat areaal niet productief is, klopt dus niet. Vergeleken ten opzichte van het jaar 2011 exporteerden wij meer hout in 2012. De toename bedraagt in volume met 22.4%. De exportwaarde nam toe met 28.4%. ā€˜Zaag en schilhout’ werd 415.392 mᵌ geproduceerd, terwijl de totale rondhoutproductie 436.306 mᵌ bedroeg in 2012. Rondhout werd het meest geproduceerd in het kader van een door de regering verleende ā€˜concessie’ met name 222.791 mᵌ. Bij de rondhoutproductie waren in totaal 226 vergunningshouders/exploitanten actief. In de afgelopen 6 jaren nam de houtproductie en met name dat van de dominante categorie rondhout steeds toe. Van het totaal van 436.306 mᵌ productie werd in 2012, 120.467 mᵌ geĆ«xporteerd (27.6 % totale productie). Sneller dan de houtproductie neemt het volume van geĆ«xporteerde hout toe. Gaan we uit van het jaar 2007 waar de piek snel stijgt, dan is in 2012 een stijging met 465% wat betreft het volume. In Suriname exporteerden 80 exporteurs een totale waarde van USD 18 miljoen. Dat komt neer op gemiddeld USD 228.939 per exporteur in 2012. In 2012 werd in totaal 120.338 mᵌ hout geĆ«xporteerd ter waarde van USD 18.315.100. Dat komt gemiddeld neer op USD 1.484 per mᵌ. De directe inkomsten voor de Staat uit de bosbouwsector worden gevormd door de bosheffingen. Deze zijn de exploratievergoeding, retributie op gewonnen en afgevoerd hout, keuringslonen, exportrechten op on- en ruw bewerkt hout en het concessierecht. Een ruwe berekening uit statistieken van 2011 leerde dat een concessiehouder in Suriname gemiddeld niet eens SRD 2.000 per jaar aan concessierecht betaalt en toen 83 cent per hectare concessieterrein. Nu blijkt dat tot voor kort SRD 1.23 te zijn, toch nog symbolisch. Een concessiehouder betaalde gemiddeld SRD 1.713 per jaar betaalde in 2011 aan de Staat. Ons land is 16.4 miljoen hectare groot. Daarvan is 14.8 miljoen hectare bosgerelateerd oftewel 90%. Per hoofd van de bevolking is 27 ha bos aanwezig. De bijdrage van de bossector aan het bruto binnenlands product in 2001 was 1.3% oftewel USD 54.6 miljoen. In 2011 was SRD 116.506 aan concessierecht betaald door de concessiehouders. Volgens het betreffende rapport ging het in 2011 om 68 concessies die een oppervlakte bestreken van ca 1.4 miljoen hectare. Afgezet tegen de 16.4 miljoen hectare Surinaams grondgebied is de 1.4 miljoen hectare significant. Per concessie was gemiddeld SRD 1.713 aan concessierecht betaald aan de Staat. Dat is heel erg laag en het is verantwoord om te zeggen, omdat het bos gemeenschapsgoed is. We merkten eerder bij deze bedroevende cijfers dat daarbovenop nog niets was gezegd over de duurzaamheid van de activiteiten. De retributie wordt betaald over gewonnen en afgevoerd hout. Deze was SRD 6.741.499 in 2011. Per kubieke meter per concessie (of houtkapvergunning) komt de retributie gemiddeld op SRD 19 en dat zou zeker beter kunnen. Retributie, concessierechten en exportrechten bij elkaar opgeteld, afgezet tegen de exportwaarde geven ook een minder florissant beeld. Het aantal houtexporteurs in het land is van 2011 naar 2012 gegroeid. Als de nieuwe maatregel begint te werken, zal over de 1.4 miljoen hectare concessiegrond, SRD 28 miljoen worden betaald. Dat is meer in verhouding tot wat er in Suriname wordt geproduceerd. De vereniging die de houtsectorbedrijven- en personen vertegenwoordigt, is niet happy met de aangekondigde maatregelen. Het moet voorkomen worden dat maatschappelijke actoren zich een vetorecht toemeten wanneer het gaat om overheidsmaatregelen. De regering moet niet radicaal overkomen in haar maatregelen, maar een ā€˜beheerste heerser’ zijn. Daarbij hoort dat men partijen die men bezwaart met maatregelen ook consulteert, dus oprecht de ruimte geeft aan hen om hun punten (na omstandig en volledig te zijn geĆÆnformeerd) naar voren te brengen. Maar uit de consultaties volgen hooguit adviezen, geen bindende besluiten en al helemaal geen veto. Voorkomen moet worden dat de bevoegdheid van de regering (primaat van de politiek) uitgehold wordt, zoals enigszins leek bij de SGS-douanekwestie. Onder druk moest de regering toegeven en over het karakter van de druk moet de burgerij zelf oordelen. Feit is dat uit de cijfers blijkt dat tegenover een toegenomen productie en export van hout, een symbolisch concessierecht bestaat. Uit de sector moeten wij meer halen.

error: Kopiƫren mag niet!