In een rolstoel proberen een brug op te komen…

“Afgelopen week probeerde een man in een rolstoel de Magentabrug op te komen. Vanuit de auto konden wij zien dat hij echter bleef steken in de modder en dat hij verwoedde pogingen deed los te komen. We zagen ook dat er drie mensen op een scooter aankwamen die stilhielden en gingen kijken wat er gebeurde. De voorste scooterbestuurder lachte zelfs. Terwijl we onze auto aan de kant zetten om de man te gaan helpen, zagen we dat de twee achterste heren toch van hun brommers waren afgestapt en de man waren gaan helpen. De voorste, lachende, was doorgereden. Deels was mijn vertrouwen in de mensheid hersteld. Maar als er nou niemand in de buurt was geweest? Hoe zit het eigenlijk met die groep mensen in rolstoelen?“
“Alsof je naar LPI moet terwijl je geestelijk gezond bent”
Stel je bent jong, gezond, je gaat naar school, ziet de toekomst zonnig in. En ineens word je ziek. Je krijgt multiple sclerose en belandt op je 16de ineens in een rolstoel en je bent ineens afhankelijk van andere mensen. Dat gebeurde Giorgio Arrias (24). Hij zit al 8 jaar in een rolstoel en loopt op zijn weg naar de toekomst tegen verschillende obstakels aan.
Van de stoep afgerold
“Het is moeilijk. Het is net alsof er bij het bouwen in de stad niet is nagedacht over mensen als ons. Kijk naar het stuk bij Torarica. Stadsverfraaiing is mooi maar die stoep is nu zo hoog! Het is alleen geschikt voor mensen die grote stappen kunnen maken, die hoog op kunnen stappen. Er is geen rekening gehouden met ouderen of mensen in rolstoelen.” Hij is zelfs bijna van het trottoir afgerold en op de openbare weg terecht gekomen. “Als mensen me niet hadden geholpen, was ik echt aangereden door een auto!”
Niet naar elke supermarkt
Dat is niet het enige probleem waar Arrias tegen aan loopt. “Soms wil je gewoon weg. Uit huis. Je wilt niet altijd tegen die vier muren aan kijken. En als je vrienden jarig zijn, wil je ook weleens met ze meefeesten. Ik moest naar een verjaardag in het casino gaan. En daar is de stoep ook echt zo hoog. Ik ben dus gevallen met mijn rolstoel.” Ook het boodschappen doen is lastig. “Deuren gaan soms niet zo gemakkelijk open. Je moet dan heel hard trekken en die kracht heb je gewoon niet. Dus als ik weet dat er bij bepaalde supermarkten zulke deuren zijn, dan ga ik daar niet heen. Ik ga dus een stuk verder terwijl er bij mij op de hoek een supermarkt is.”
‘Geen toekomstperspectief’
De obstakels waar Arrias tegen aan loopt, staan symbool voor de obstakels waar hij in het echte leven ook tegen aan loopt. “Ik zou graag terug naar school willen. Iets willen doen dat bij me past. Maar ik kom dan terecht op een school voor mensen met een verstandelijke handicap, mensen die echt traag zijn en dat wil ik niet. Dat is net alsof je wordt gezet in LPI terwijl je geestelijk gezond bent!” Hij zou iets willen doen met computers en gezien de digitale toekomst is dat een goed idee. Maar Arrias ziet geen toekomstperspectief als we hem daarnaar vragen. “Ik wil wel. Heel graag.”
“Het is een hel!”
Vanwege het probleem met ons afwateringssysteem zijn vele stoepen verhoogd. Bijna al onze monumentale gebouwen hebben de kenmerkende stoepjes met twee of meerdere treetjes. Maar ook moderne gebouwen zijn niet helemaal ‘rolstoel proof’. Volgens Arrias is er maar een handjevol gebouwen waar hij binnenkomt. In het gesprek geeft hij aan dat het een hel is om in Paramaribo rond te rijden met zijn rolstoel.
Vervolgtraject
Joyce Wooter geeft les op een school voor jongeren met een beperking. “We hebben leerlingen die 3 jaar bij ons les volgen op hun niveau. Ze kunnen in hun eerste jaar van alles proeven en in hun tweede jaar gaan ze een richting kiezen. Wij helpen ze daarbij. Soms wil iemand iets, maar denken wij dat een andere richting beter is.” De leerlingen gaan ook stage lopen en komen zo aan een baan. “Maar niet allemaal. Soms wordt er van de bedrijven zelf gevraagd of zo een kindje mag blijven. Maar voor anderen is het na onze school echt klaar. Dan kunnen ze niet verder..”
‘Hangt deels van henzelf af’
Wooter benadrukt echter wel dat het niet zo is dat er geen toekomst is voor de groep. “Ze kunnen redelijk goed terecht komen. Het hangt deels van henzelf af en deels ook van de ouders. Sommigen gaan om met hun kinderen alsof ze volkomen gezond zijn en stimuleren hen, anderen laten ze gewoon aanmodderen, dat heb je ook.”
Verwaarloosd onderdeel van de arbeidsmarkt
De groep minder validen of beperkten lijkt een groep die bijna afgeschreven is. Maar ons land staat wel te springen om arbeidskrachten, ook mensen die zittend werk moeten doen. Er worden mensen gehaald uit het buitenland, terwijl er lokaal nog meerdere mogelijkheden zijn die niet worden benut. Iemand als Arrias staat te springen om aan de slag te gaan, maar merkt dat het lastig is. “Veel bedrijven hebben geen voorzieningen voor mensen in een rolstoel. En dan zie je dus dat het daar al misgaat bij het zoeken naar werk.”

error: Kopiëren mag niet!