Ruben Jitan al 40 jaar in zangwereld

Ruben Jitan bood zijn nieuwste CD aan Ashwin Adhin en Jan Soebhag (resp. voorzitter en algemeen secretaris van de Culturele Unie Suriname). De aanbieding vond plaats in het kader van de Herdenking van 140 jaar Hindustaanse immigratie in Suriname
 Hij bood zijn nieuwste CD aan de cultuurdeskundigen Jan Soebhag en Ashwin Adhin (beide zijn van de Culturele Unie Suriname) Ruben Jitan is langer dan 40 jaren bezig met zang en muziek. Zijn inspiratie bron was The Legend, wijlen, Kishor Kumar van India. Ruben was gek op zijn favoriete zanger en hij imiteerde  de liederen van Kishor Kumar. Op school moest Ruben vaak voor de klas staan en liederen zingen. In het Weeshuis Arya Dewaker waar hij toch wel enkele van zijn jeugdjaren doorbracht, zong hij aldoor en op een eenvoudige wijze de Hindustaanse liederen, die hij via de radio kon beluisteren.  Op latere leeftijd sloot hij zich aan bij verschillende muziekgroepen waar hij zijn hobby tot uiting bracht. Op de televisie was hij vaak te zien in ‘Kelá ke poedja’ van Eugene Ramdin.  Langzaam aan maar zeker begon zijn zangwereld te veranderen en hij gaf een ander tint aan zijn liederen. Zo begon Ruben om verhandelingen uit het leven van de Hindustaan te bezingen, waaronder ook Immigratieliederen. Met zijn nieuwste CD bracht  hij een ode aan zijn voorouders, namelijk de Hindustaanse immigranten die destijds uit India naar Suriname kwamen en hun leven op het spel zetten voor een stukje vrijheid. De strijd eindigde in een massamoord waarbij in 1902, velen hun leven lieten.  Nu in 2013, waarbij een ieder, samen  het feit herdenking dat 140 jaar geleden (1873) de eerste Hindustaanse immigranten voet aan wal zetten en een bizarre tijd doorbrachten, berust hij in de tijd. Als nakomeling van de Hindustaanse immigranten voelt Ruben zich geroepen om zijn gevoelens voor zijn voorouders in zang aan de gemeenschap te presenteren, middels het zingen van Baháduron, Bite kitne sál áj, Abhi der nahin en Hamárá pyárá Surinám.
 

error: Kopiëren mag niet!