Dagblad Suriname verneemt van bronnen uit het onderwijsveld dat bij de laatst gehouden toets op de glo-scholen geen gekwalificeerd kader is ingezet om als observer te fungeren. De leiding op het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov) zou naar verluidt afdelingshoofden en beleidsmedewerkers op het Bureau Lager Onderwijs (BLO) hebben ingezet om controle uit te oefenen bij het eerste meetmoment van de zesdeklassers. Deze zogenaamde observers zijn onder meer gestuurd naar scholen in Nickerie, Para en Brokopondo om het observerende werk te doen. Wettelijk is bepaald dat de Onderwijsinspectie erop toeziet dat de afname van examens en toetsmomenten volgens de voorschriften verloopt. In bepaalde gevallen kan zij zelfs maatregelen nemen, bijvoorbeeld de afname van een examen van een kandidaat of op een school ongeldig verklaren. Achteraf controleert de Inspectie, aan de hand van de eindexamengegevens, of scholen de juiste uitslag bepaald hebben.
Het bevreemdt het onderwijsveld dan ook dat de onderwijsinspecteurs niet zijn ingezet bij de toetsing. Het heeft er volgens insiders veel van dat de Minov-leiding de onderwijsinspecteurs heeft overgeslagen, omdat ze publiekelijk hun ontevredenheid hebben geuit over de gang van zaken op het ministerie. Alle zesdeklassers hebben landelijk meegedaan aan deze toets die van woensdag tot en met vrijdag heeft plaatsgevonden. AC/BEP-parlementariër Diana Pokie van de vaste DNA commissie Onderwijs zegt desgevraagd in een reactie dat zij ook in de wandelgangen vernomen heeft dat ander personeel is ingezet als observer bij de toetsing in plaats van de onderwijsinspecteurs. De volksvertegenwoordiger zegt zich eerst te zullen verstaan met de verantwoordelijke Minov-minister Shirley Sitaldin, om exact te weten of deze informatie op waarheid berust.
Pokie, die zelf leerkracht is, onderschrijft dat de observerende rol behoort tot een van de taakgebieden van de Onderwijsinspectie. Ze hoopt deze week duidelijkheid van het Minov te krijgen over deze zaak. De parlementariër zegt ook op de hoogte te zijn van de problemen die spelen op de afdeling Onderwijsinspectie. De onderwijsinspecteurs zijn danig ontmoedigd, omdat afspraken die zijn gemaakt met de vorige Minov-bewindsman, Raymond Sapoen, betreffende aanpassing van hun salaris en verbetering van hun rechtspositie, nog steeds niet kunnen worden uitgevoerd. De huidige leiding op het ministerie had vorig jaar na enkele gesprekken met de Bond van Onderwijsinspecteurs (BIO) beloofd er werk van te maken, maar dat is bij een belofte gebleven.
