Plichtsverzaking

Naast de loonaanpassing ontvangen alle landsdienaren in de feestmaand een kerstpakket. Het zij  hen van harte gegund. Tenminste, degenen die  het land gedurende het jaar 2012 daadwerkelijk hebben gediend.  Immers, voor velen betreft het ambtelijk dienstverband slechts de presentielijst , de salarisstaat en de salarisovermaking. Wie op het werk verschijnt doch tegen betaling niet hoeft te werken treft geen schuld, wel blaam, omdat het principeloos  gedrag is bewust maandelijks geld te ontvangen zonder iets daarvoor te hebben verricht. De grote schuldigen in deze verwerpelijke praktijk zijn de politici en directeuren op departementen. De een is de aanjager van het kwaad, de ander sluit de ogen voor de werkelijkheid. Intussen lopen honderden ambtelijke spoken  tegen maandelijkse beloning doelloos rond. Een andere categorie vormen de zichtbare ambtelijke spoken, die bij dag opereren. Zij tekenen trouw de presentielijst, om vervolgens te vertrekken. Ziekmeldingen vormen het herkenningsbeeld van overheidskantoren . Tenminste, zolang de werkgever dit ziekelijke verschijnsel tolereert. Want neem het maar aan voor waar. Als de ambtenaar, die door veelvuldig ziek zijn wordt geplaagd, plotsklaps een beter betaalde baan in het particulier bedrijf vindt, zijn alle gezondheidsklachten  gelijktijdig voorbij. Dan vormen gezinsomstandigheden, regenbuien, filevorming en onregelmatig openbaar vervoer geen obstakels meer om tijdig op het werk te verschijnen. Naarmate de tijd voortschrijdt, zullen onze overheden, in ongewijzigde situatie,  steeds meer geconfronteerd worden met het kwaliteitsvraagstuk van overheidsorganisaties. Een ontwikkeling die het decentralisatieproces nu al ernstig ondermijnt. Opvallend is dat het ministerie van Binnenlandse Zaken, dat de richting voor meer kwaliteit van de ambtelijke dienst moet geven, schittert door het hoge ziekteverzuim van eigen ambtenaren. Vanuit dit ministerie zijn door achtereenvolgende regiems nog altijd geen duidelijke en werkbare modellen ontworpen voor de ontwikkeling van overheidsorganisaties en personeel. Een ooit ontworpen routekaart (Road Map) naar verbeteringen in de publieke sector moet heden helaas als verkwisting van gemeenschapsgeld worden aangemerkt. Als substituut daarvoor zou naderhand een mislukte Fiso-operatie plaatsvinden.   Het onrecht in de beloningspraktijk van de overheid is, dat personeelsleden die weinig of niets presteren, evengoed delen in de algemene loonsverhogingen. De jaarlijkse periodieke verhogingen zijn een vanzelfsprekendheid voor allen, hetgeen betekent dat daardoor ook  plichtsverzaking door ambtenaren steevast wordt beloond. In een situatie van flexibel loonbeleid worden periodieke verhogingen toegekend afhankelijk van de prestatiebeoordeling, waarbij deze, zo nodig, voor korte of langere tijd kunnen worden bevroren. Wanneer aan loonschalen voor een flexibele bezoldigingspraktijk meerdere salarislijnen waren gekoppeld, waardoor  de beloning van individuele ambtenaren ook door het werkgedrag werd bepaald, dan was het stellig gedaan met de  praktijk van meer loon voor personen die er met de pet naar hebben gegooid. Maar goed, wij hebben recentelijk de mening van een voormalige minister als geestesvader van het zogeheten Fiso –systeem  mogen vernemen dat de ingevoerde methodiek voor de beloning uitstekend is. De  hardnekkige misvatting in deze kwestie is, dat de beloningsmethodiek als objectief, technisch instrument enerzijds en de functiewaardering  en de salarisreeksen anderzijds, identiek zouden zijn. Plaats de medicus daarom nimmer op de stoel van de piloot, maar  laat de piloot   ook geen medisch onderzoek verrichten.  Onze tolerante overheid gaat zelfs verder. Ook  ambtenaren die jaren aaneen hun plicht verzaken, komen trouw in aanmerking voor de jubileumgratificatie vanwege bewezen trouwe dienst aan land en volk.  In het onderwijsveld worden scholieren op alle niveaus vrijwel jaarlijks ernstig gedupeerd door werkonderbreking. Leerkrachten bij ons, die hun subjectieve, en vaak discutabele loonwensen  kracht willen bijzetten, kiezen met gemak voor de staking. Nu staat dit weer op de agenda.  Dit, terwijl  docenten thans stellig niet geconfronteerd worden met een onrechtvaardige beloningspraktijk. Het modebegrip is nu de permanente educatie, waarvoor een vaste maandelijkse toelage bestaat. Een component op de loonslip waarvoor nu verhoging verlangd wordt. Hoe deze permanente educatie in werkelijkheid invulling krijgt is niemand bekend. Aangrijpingspunten voor de evaluatie daarvan en voor rendementsbeoordeling heeft de werkgever niet. Maar de educatie gaat, zij het in de nevel gehuld, permanent  verder.  Wat wel steekt is, dat onderwijsgevenden door hun traditionele stakingen scholieren telkens ernstig frustreren waardoor elke leerkracht   deze jongelui  de kracht om te leren ontneemt. Dat leraren nergens in ons land over een modern educatiecentrum beschikken is de uitingsvorm van falend vakbondswerk, aangezien geen vakbondsleider zich daarvoor consequent en met gevatheid heeft ingezet. Trainingen  in specifieke leercentra kennen onze leerkrachten niet . Als surrogaat moet nu de toelage voor permanente zelfeducatie dienen met meer geld op de loonslip, dat nu op handige wijze regelmatig terugkerend onderhandelingspunt wordt met meer geld als oogmerk. In plaats van eigen tekortschieten binnen eigen gelederen te zoeken, worden elkaar opvolgende regeringen steeds weer geconfronteerd met de ritueel terugkerende  grillen van onderwijsvakbonden, die het bewindvoerders voortdurend onmogelijk maken het onderwijsbeleid in alle rust tot ontwikkeling te brengen.  Terwijl de huidige onderwijsminister zich inzet voor een schier onmogelijke inhaalslag in een  verwaarloosde beleidssector, wordt deze bewindvoerder reeds tijden met tal van onhoffelijke bejegeningen geconfronteerd door lieden die nog te laf zijn zichzelf aan de gemeenschap te presenteren als bruikbaar alternatief. De kat die graag verse vis eet, springt daarvoor zelf nooit in het water.
Stanley Westerborg
(Organisatieanalist)
[email protected]

error: Kopiëren mag niet!