Strafproces hervat onder onduidelijke omstandigheden

 Vandaag wordt na lange tijd weer een zitting gehouden in het meest spraakmakende strafproces dat enige jaren terug in 2007 van start ging in Suriname. Wat wij ons van de laatste zittingen herinneren is dat veel getuigen zich niet veel meer kunnen herinneren. Belangrijke momenten die gegrift zouden moeten staan in hun geheugen vanwege de impact die daaropvolgende handelingen hadden op onze samenleving, is men vreemd genoeg vergeten. Hoofdverdachte in het proces is de president van de Republiek Suriname die eens regeringsleider was en aan het hoofd stond van een militair regiem. Dat regiem kreeg te maken met hetzelfde middel dat hij eens aanwendde om aan de macht te komen: gewapend geweld, waarbij personen hun leven lieten. Tijdens de verkiezingscampagnes in 2010 zijn traditioneel weer uitspraken gedaan over de 8 decembermoorden en de betrokkenheid van politici daarin. Er is veel gesproken over de betrokkenheid van personen, staten en politieke partijen in de dood van 15 personen in Suriname. In DNA heeft een parlementariër van de Palu enige tijd terug enigszins verhit gereageerd toen door de oppositie werd beweerd dat zijn partij betrokken was bij 8 december. Er is vaak door de NDP beweerd dat het 8 Decemberstrafproces politiek gemotiveerd zou zijn. Toen de NDP aan de macht kwam, werd wettelijk nog eens vastgesteld dat het rechtsproces geen garantie biedt voor een eerlijke rechtsgang vanwege de gebreken die kleven aan de capaciteit van die macht. Daarmee is dus ook gezegd dat wij in Suriname roeien met de riemen die we hebben en dat de rechterlijke macht geen garantie biedt voor rechtvaardige besluiten. Het 8 Decemberstrafproces werd gehouden te Boxel, in een gebouw dat naar verluidt pleegde een woning te zijn van de hoofddader. Waarom men uitgerekend in dat gebouw het rechtsproces moest voeren, is onbekend. Zoals eerder aangegeven is met name door de VHP politiek beslag gelegd op het 8 Decemberstrafproces. Daarmee is een precedent geschapen en kan deze partij geen kritiek meer hebben op andere partijen die hetzelfde gaan doen. Met het verloop van het 8 Decemberstrafproces komt zeker de vraag aan de orde in hoeverre onze rechtspraak onpartijdig is. Een advocaat heeft in een boek uitgebreid proberen aannemelijk te maken dat het een puinhoop zou zijn, mede door de beïnvloedingsrisico’s. Al een tijd wordt beweerd dat de rechterlijke macht in Suriname een gesloten club is waar men niet gemakkelijk doordringt op basis van alleen objectieve criteria. Een andere praktiserende jurist heeft middels ettelijke krantenartikelen met duidelijke voorbeelden ook proberen aannemelijk te maken dat zaken niet kloppen. Waarom de rechtszaak in Boxel moest worden gehouden, is niet precies duidelijk en waarom de locatie nu moet worden gewijzigd is evenmin duidelijk. De zaak zal in het kantongebouw aan de Fred Derbystraat worden voortgezet. Dat er veiligheidsaspecten speelden is wel voor te stellen, maar waarom uitgerekend Boxel. Het Hof van Justitie wilde extra veiligheid en kan nu genoegen nemen met de Derbystraat. De laatste zitting in het gebouw te Boxel was op 11 mei 2012. Daarbij werd de vervolging van de verdachten geschorst. De rechterlijke autoriteit heeft gerefereerd aan een Constitutioneel Hof vanwege de wijziging van de  Amnestiewet, die aangemerkt wordt als een doorkruising van het 8 Decemberstrafproces. De Krijgsraad achtte zich niet bevoegd om de Amnestiewet aan artikel 131 van de Grondwet te toetsen. De Krijgsraad vroeg op 11 mei 2012 naar informatie omtrent het karakter van de Amnestiewet. Op dezelfde dag van informatie kan de schorsing van de vervolging worden geëist.
Verwacht wordt dat vandaag een aanvang wordt gemaakt met het beantwoorden van de vraag hoe om te gaan met de Amnestiewet.
Een interessante ontwikkeling is wel dat de zogenaamde ‘nabestaanden’ die in het strafproces door het Hof van Justitie als ‘belanghebbenden’ zijn erkend, bij verzoekschrift hebben gevraagd aan de Krijgsraad om de Amnestiewet buiten toepassing te laten. De vraag is ook of de  Krijgsraad de Amnestiewet 2012 in strijd mag achten met artikel 131 van de Grondwet en deze wet als onverbindend aanmerken. De nabestaanden gaan ervan uit dat, uitgaande van de letterlijke tekst van de Amnestiewet, de verdachten op die wet geen beroep kunnen doen. De 8 december-verdachten zouden niet voldoen aan de vereisten om te kwalificeren als normadressaat, dus degenen die aan die wet rechten kunnen ontlenen. Daarom achten de nabestaanden de Amnestiewet niet van toepassing op de 8 december-verdachten en moet het in het 8 Decemberstrafproces buiten beschouwing worden gelaten. De nabestaanden geven thans aan dat er een tekort is aan rechters voor het strafproces, omdat een aantal van de schaarse rechters al betrokken zijn in het gerechtelijk vooronderzoek en dus nu gewraakt zouden kunnen worden. Een aantal rechters moet nog worden aangewezen. De nabestaanden komen tot de conclusie dat door het niet aanwijzen van rechters rechterlijke instanties onvolledig bemenst zijn. De voortzetting van de zaak vandaag zal hopelijk een onduidelijkheid, die is gebracht op 11 mei door de rechter zelf, enigszins verhelpen. De rechter kan ons eigenlijk verrassen door nog meer onduidelijkheid te creëren, waarvoor rechterlijke en justitiële autoriteiten nooit hebben gestaan.
 

error: Kopiëren mag niet!