“Ik heb mijn werk naar eer en geweten gedaan. Ik ben een hardwerkende politieambtenaar. Het OM heeft mij verweten dat ik meerdere keren ben aangesproken door de korpsleiding. Ik heb 33.5 dienstjaren. In mijn carrière ben ik nooit veroordeeld. Ik was altijd loyaal en correct. Op 30 augustus 2011 was ik genoodzaakt vuurwapengeweld aan te wenden. Dit heb ik gedaan uit zelfverdediging. Ik heb daarbij ook nog letsels opgelopen. In mijn verdedigingsbelang ben ik zeer ernstig geschaad. De inspecteur en de brigadier zijn nooit ter terechtzitting gehoord.’ Dit was een deel van het laatste woord van de inspecteur van politie Hugo N. die verdacht wordt van mishandeling van een burger.
Volgens de dagvaarding heeft de politiefunctionaris op 30 augustus 2011 een 21-jarige jongeman in zijn onderbeen geschoten. De aanleiding hiervan was dat het slachtoffer zich verzet had en vreselijk tekeer ging tegen de politieman. De verdachte beweerde dat het slachtoffer midden op het wegdek liggend in de omgeving van Kasabaholo, het verkeer had opgehouden. Hierdoor zouden automobilisten niet voorbij kunnen rijden. De politieman die op dat moment kwam aanrijden, vroeg de jongeman een aantal keren om aan de kant te gaan, maar het slachtoffer gaf hier geen gehoor aan.
De inspecteur haalde het slachtoffer enkele keren van de weg en zette hem aan de zijkant. Hij ging echter steeds terug. Op een gegeven moment zou het slachtoffer een blikje bier hebben gegooid naar het hoofd van de inspecteur. Dit was de aanleiding voor de wetsdienaar om de 21-jarige als verdachte aan te merken. De 21-jarige zou zich hebben verzet. Hij keek uit naar andere spullen om naar de politieman te gooien. De wetsdienaar loste twee waarschuwingsschoten. Toen het slachtoffer de schoten negeerde, schoot de politieman gericht op zijn onderbeen. De officier van justitie heeft in de zaak 8 maanden voorwaardelijke celstraf geëist. De inspecteur is niet aangehouden.
Saskia Bandhan