Glenn Hiralal: “Moet een burgervader zijn medemens zo te lijf gaan?”

Glenn Hiralal moest zich gisteren als verdachte in de rechtszaal verantwoorden wegens verduistering van een voertuig van het merk Ford. De verdachte is evenwel de mening toegedaan dat hij het voertuig niet heeft verduisterd. Die wagen stond op een berm en was begroeid met gras. Volgens Hiralal had de toenmalige districtscommissaris Laksmienarain Doebay zijn voertuig aan hem gegeven. De opdracht was dat  Hiralal op zoek moest gaan naar een computerbox van het voertuig en de wagen moest repareren. Hiralal kon het onderdeel niet vinden en gaf dit door aan Doebay. Thuis bij Doebay werd toen besloten om de wagen voor SRD 3.000 te verkopen. Ook dit lukte Hiralal niet. Intussen werd Doebay benoemd tot districtscommissaris (dc). Glenn Hiralal ging wederom naar hem toe en vroeg hem wat te doen met de wagen. “Luku sang  yu kan du nanga ing”, zou Doebay volgens Hiralal gezegd hebben. Hieruit begreep Glenn van de dc dat hij de wagen mocht hebben en ermee mocht doen wat hij wilde. Aldus besloot Hiralal op een dag om die auto en nog wat andere wrakken te verkopen aan de sloper S. Hij verkocht alles samen voor een bedrag van SRD 1.000. Hiralal maakte een calculatie en gaf aan dat hij voor het voertuig van Doebay SRD 125 had ontvangen.
Op 1 juli van het vorig jaar ontmoette Hiralal heel toevallig de toenmalige dc. Naar zeggen van Hiralal heeft Doebay hem bij die ontmoeting op erge wijze mishandeld. Hiraral deed aangifte bij de politie van Nickerie wegens bedreiging en mishandeling. Doebay op zijn beurt verklaarde bij de politie dat hij erg boos was toen hij te horen kreeg van de buurman van Hiaralal dat zijn wagen bij de sloperij lag. Hij werd erg kwaad. In die vlaag van boosheid zou Doebay de verdachte hebben mishandeld. Doebay verklaarde juist het tegenovergestelde, namelijk dat hij  hem zijn wagen niet had gegeven.
Hiralal beweerde op de zitting dat hij na 1 juli steeds bedreigd werd door Doebay. Een van die keren zou hij aan Doebay gezegd hebben dat hij bereid was om de SRD 3.000 te betalen. “Als hij dat geld wilde, moest hij mij toch niet te lijf zijn gegaan? Moet een burgervader zijn medemens zo mishandelen?  Ik heb heel veel pijn geleden. Ik zou hem dat geld of desnoods de wagen terug hebben gegeven. Het voertuig was niet in rijdende staat. Het was een wrak”, zegt Hiralal. Kantonrechter Alida Johanns stelde deze zaak uit naar 10 mei. Op die dag komen de officier van justitie en advocaat John Kraag aan de beurt.
Saskia Bandhan

error: Kopiëren mag niet!