In vergelijking met een aantal jaren geleden is het aantal landbouwers drastisch afgenomen. De leeftijd van de landbouwers en het feit dat er geen nieuwe landbouwers bijkomen, spelen hierbij een rol. Dit zegt Wim Bainath, voorzitter van de Landbouwcoöperatie Kwatta.
Thans is de groep parttime landbouwers in Suriname veel groter dan degenen die full time aan landbouw doen. Parttime landbouwers hebben al een vaste job en doen in hun vrije tijd nog aan een beetje tuinbouw. “Het leven van de landbouwer is vergeleken met 15 tot 20 jaren geleden erg zwaar gewordenâ€, vindt Bainath. Hij zegt dat landbouwers vroeger meer konden verdienen in de tuinbouw, maar door een aantal factoren is dat drastisch veranderd. Hij noemt onder andere klimaatsverandering met plotselinge extreme regens, de daling van de koopkracht en de stijging van goederen voor levensonderhoud, waarbij vooral de stijging van de benzine een grote rol is gaan spelen. Een andere belangrijke factor is ook de vermindering van de exporten naar Europa, met als gevolg een opeenhoping van groente op de lokale markt, waardoor landbouwers geen goede prijs voor hun groente kunnen krijgen. Bij meer exporten zou er niet zo een grote aanbod van groente zijn op de markt.
Door de exporten kon de landbouwer ook wat meer verdienen aan zijn producten, omdat hij een betere prijs ervoor kon krijgen. Het dalen van de exporten heeft volgens Bainath te maken met de hoge exportkosten, waardoor de kostprijs voor Surinaamse groente veel hoger wordt dan het geval is bij concurrerende landen die ook exporteren naar Europa. De voorzitter van de landbouwcoöperatie merkt tenslotte op dat de sociale voorzieningen voor landbouwers hetzelfde zijn gebleven als 20 jaren terug, terwijl het leven veel duurder is geworden. “Al deze zaken werken eraan mee dat het leven voor de landbouwer veel zwaarder is gewordenâ€, aldus Bainath.
