Normverval is besmettelijk (deel 1)

Normverval is niet alleen maar een persoonlijke kwestie. Normverval is ook besmettelijk, het maakt volgelingen. Het wordt overgenomen door anderen en gaat dus gelden als model voor anderen in de samenleving. Hierdoor worden de waarden en normen in de samenleving omlaag getrokken en op den duur in de samenleving verankerd. Het optreden ertegen repareert dus niet alleen individuele, gemaakte fouten, maar heeft ook tot gevolg dat potentiële volgelingen hun gedrag bijtijds kunnen bijstellen. Mensen blijken bijzonder gevoelig te zijn voor wat personen die als autoriteit gelden overdragen. De befaamde/beruchte experimenten van Stanley Milgram in de jaren 60 hebben opzienbarende gedragingen van mensen laten zien. Milgram droeg proefpersonen op om leerlingen die een fout antwoord gaven steeds zwaarder te straffen door toediening van elektrische schokken, zelf tot een dodelijk niveau. Ook als de leerlingen die de stroomstoten kregen het begonnen uit te schreeuwen van de pijn, ging meer dan 75 procent van de proefpersonen door met het toedienen van de stroomstoten. In dit experiment waren de schokken niet echt, maar dat wisten de proefpersonen niet. Ze bleven de opdracht van de onderzoeker/baas uitvoeren, hoewel de leerlingen het uitschreeuwden van pijn. Een belangrijk fenomeen bij groepen is groepsdruk: als de meerderheid in een groep A zegt, moet je wel heel sterk in je schoenen staan, wil je B zeggen. Verder is er in een organisatie of in een relatie een krachtig fenomeen dat wordt genoemd operante conditionering. Dit houdt in dat wie van de groep gewenst gedrag vertoont, een beloning krijgt en wie dat niet doet, wordt gestraft. Bij dieren is dat voedsel krijgen of geen voedsel krijgen. In het onderwijs zou het kunnen betekenen een voldoende of een onvoldoende krijgen. Financiële beloningen, meer macht, niet uitgestoten worden uit een organisatie, goedkeuring krijgen voor andere eisen of verlangens zijn allemaal beloningen die passen in een organisatie of milieu met operante conditionering. Niet elke proefpersoon in het onderzoek van Milgram bleef de instructies opvolgen. Vijf en twintig procent (25 %) weigerde de opdracht van de onderzoeker/baas uit te voeren. Een deel is in staat zich los te maken van het beïnvloedingsproces en uit eigen vrije wil te handelen. Is deze groep zo klein omdat wij als samenleving misschien te weinig doen aan ethische vorming? Is het mogelijk om met meer aandacht voor en meer onderwijs in ethiek, moreel hoogstaand gedrag te bewerkstelligen? Een belangrijke vraag of opgave, omdat de ethiek van binnenuit moet komen en bekrachtigd moet worden.
Komt die verandering niet vanuit het Zelf, dan zullen de ethische normen snel verdampen in een door operante conditionering gecontroleerde organisatie of milieu. Sterk door operante conditionering gecontroleerde organisaties en milieus vertrappen de vrije wil van individuen. Angsten en zorgen worden op kort termijn ervaren, maar zijn vaak geen goede leidraad voor het uiteindelijk gedrag en acties. Een door operante conditionering gedomineerd milieu kan leiden tot overschatting van problemen die er in werkelijkheid wel of niet zijn, maar kunnen ook leiden tot onderschatting van problemen die er wel of niet zijn. Immers de focus is op de gevolgen van een kwestie of het gedrag en niet op de kwestie zelf. De focus en besluiten worden gevoed en bepaald door de onderzoeker/baas in het milieu of de organisatie, zonder de kritische persoonlijke vrije wil en ethiek. ( wordt vervolgd op zaterdag 7 april ).
 
Dr. Glenn Leckie, Klinisch Psycholoog

error: Kopiëren mag niet!