Wijze lessen uit Guyana

Enkele dagen terug is de regering van Guyana gevallen. Dat gebeurde na 2 ½ jaar regeren. Guyana is het land geworden waar we alleen maar goed nieuws van gewend zijn te horen de laatste tijd. Bijvoorbeeld dat het land weer de jackpot slaat door gigantische oliebronnen te vinden. Guyana maakt Suriname nu jaloers, het land heeft een veel betere diplomatieke dienst en heeft ons op alle fronten verslagen. Suriname posteert niets presterende vriendjes en vrouwtjes om de posten te bezetten. De mensen hebben geen droom en geen duidelijke opdracht, ze leggen geen verantwoording af. Dat de regering kan vallen middels een motie van wantrouwen is ook iets om jaloers op te zijn op Guyana. De democratie is in ons buurland dus niet statisch. Er was een krappe meerderheid van maar 1 stem. Te vergelijken met de situatie van vlak voor de onafhankelijkheid in Suriname. De motie van wantrouwen was afkomstig van de oppositie (PPP). Maar centraler in het geheel stond de coalitieparlementariër Charandas Persaud, een jurist, die voor de motie stemde. Een soort Guyanese George Hindori dus, die tegen zijn partij stemde. Persaud liet al enkele keren in de media zijn ontevredenheid blijken over de samenwerking tussen de AFC en PNC in de regeringscoalitie. Hij vond dat de AFC geen eigen bijdrage kon leveren en slechts ten dienste stond van PNC. In het parlement hebben de voornamelijk Hindoestaanse parlementariërs van de oppositie het zwaar te verduren van de aanvallen van de voornamelijk zwarte coalitiepartij. Eenzelfde ontwikkeling min of meer als in het Surinaamse parlement nu. Het heeft te maken met de snelle integratie en progressie via onderwijs van de afstammelingen van de Aziaten die onderdeel waren van het ‘indentured labour systeem’. Uren na zijn stem vloog Persaud ook naar Canada. Inmiddels heeft Persaud er een prijs voor betaald; hij is uit de partij (AFC) geroyeerd. In Guyana zetten ze je uit de partij als je verraad pleegt. In Suriname wordt verraad in de politiek gedoogd; partijbonzen liggen namelijk te loeren op voordelen wanneer oppositiemensen aan de coalitie meedoen. Guyana ontdekt de ene oliebron na de andere. De economische toekomst van Guyana wordt heel mooi afgeschilderd in de internationale media. Het wordt een van de rijkste landen in de regio. De economische groei in het land is al geruime tijd stabiel rond en zelfs boven de 5%.
Tenmidden van de mooie toekomst waaraan Guyana lijkt te bouwen, is de regering gevallen. Vrijwel tegelijk zien we dat een vaartuig dat bezig was naar olie te zoeken, verdreven wordt door buurland Venezuela. Dit land claimt een groot deel van het Guyanees grondgebied en de territoriale wateren. Het is niet zo netjes van Venezuela om een buurland zo aan te vallen om een moment waarop het kwetsbaar is door een regering die in principe demissionair is. Deze twee landen zijn steeds duidelijker elkaars tegenovergestelde aan het worden. Intussen heeft het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken de Venezolanen gewaarschuwd om op te passen voor het plegen van daden van agressie. Venezuela is het land van de vergane glorie en de uitgeputte olievelden. Guyana is het land van de mogelijkheden met een behoorlijke uit te putten oliereserve. Echter, het moet gezegd worden dat er geluiden zijn in Guyana zelf die aangeven dat de Guyanese regering een niet-realistisch beeld schetst van de toekomstige rijkdommen te verwerven uit de olie-industrie. Een van die personen is de voormalige president Bharat Jagdeo. Olie blijft sowieso nog belangrijk voor transport en de wereldproductie, maar de wereld is in rap tempo om alternatieve, meer groene, energie in te voeren. Olie kan op den duur dus waardeloos blijken. Er is een groot kans dan Suriname ook in dezelfde orde als Guyana olie vindt. Er zijn olie-insiders die hopen dat de olie liever niet nu maar later wordt gevonden. Het heeft te maken met de ongeneeslijke verspilziekte van de huidige politici die aan de macht is. Er zijn voorbeelden van landen waar er ook enorme voorraden natuurlijke hulpbronnen liggen, maar de armoede nog even schrijnend is gebleven. Er wordt dan gesproken over ‘de vloek van de natuurlijke hulpbronnen’. De overeenkomsten tussen de regeringen in die landen en de onze, rechtvaardigen de conclusie dat ondanks enorme olie, het niet beter hoeft te worden. Het Surinaams regeersysteem vertoont enorme overeenkomsten met Afrikaanse regeringen als Zimbabwe. Het een en ander is zeker ook cultureel te verklaren.
We zien met name dat ondanks de voorspelde toekomst, Guyanezen voor de Surinaamse nationaliteit blijven kiezen. Er is een onregelmatig personenverkeer en illegaliteit die een bron vormt voor de ‘kleine criminaliteit’. In elk geval moet Suriname als buurland op de voet blijven volgen. De nieuwe verkiezingen zijn in maart 2019.

error: Kopiëren mag niet!